TUSSCHEN WASSENAAR EN DEN HAAG
107
ontbreekt, redelijkerwijs gesproken, elk spoor, schriftelijk
of stoffelijk.
Wanneer ik na deze lange uiteenzettingen de slotsom
uit de door mij te berde gebrachte feiten, overwegingen
en beschouwingen trek, dan meen ik gerechtigd te zijn
het volgende vast te stellen.
In Haagambacht ontbreekt elke aanwijzing van het
bestaan of bestaan hebben van een grens, die zou moeten
verloopen tusschen het noordelijk uiteinde van de ge
meenschappelijke grens Rijswijk/Voorburg en de grens
Zuidwijk/Haagambacht. De door de uitlatingen van
Pabon gewekte voorstelling, alsof er een aaneensluitende
reeks grenzen: Rijswijk/Voorburg, Wassenaar s.str./
Haagambacht, Zuidwijk/Haagambacht met de door hem
ontworpen grens samengevallen zou zijn, is misleidend,
omdat de in de tweede plaats genoemde grens geenszins
het verbindingsstuk tusschen de twee andere vormt. De
grens Haagambacht/Wassenaar (zonder Zuidwijk) heeft,
zoover de geschiedkundige gegevens gaan, altijd ver
oostwaarts van de door Pabon getrokken lijn geloopen.
Met den Raamweg, hetzij in zijn oudste kern of in zijn
verlengden toestand vóór de 19de eeuw, had de grens
tusschen het ambacht van Den Haag en het eigenlijke
Wassenaarambacht geen enkel punt van aanraking. Dat er
in die omstandigheden een oorspronkelijk verband aan te
nemen zou zijn tusschen de grenzen Rijswijk/Voorburg en
Zuidwijk/Haagambacht, is een nietszeggende bewering.
De door Pabon aangevoerde bewijzen voor het samen
vallen van de grens van een met Haagambacht vergroot
Monsterambacht met zijn combinatie weg/grens zijn
daarom ondeugdelijk, omdat de door hem uit die be
wijzen afgeleide grens Wassenaar/Monster niet nood
zakelijk met de door hem getrokken lijn behoeft overeen
te komen. Er is geen enkele dwingende reden om die