BESTELLING VAN BRIEVEN
122
1) Alg. Rijksarchief. Posterijen 9.
2) Ook niet op een bescheiden rappel in Maart 1781. (Alg. Rijks
archief, Posterijen 13.)
3) Ibid. 15.
toog en adviseerde favorabel.x) Maar de Staten van
Holland, die te beslissen hadden, schoven het request op
de lange baan. Tien jaar later hernieuwden de bestellers
hun verzoek, maar antwoord kregen zij niet. 2En weder
om oefenden de menschen geduld. Doch toen zij, weder
om na tien jaren, nog eens requestreerden, thans in ver-
eeniging met de beide kantoorknechts en den zgn.
„vroegbesteller”, toen eindelijk vonden zij gehoor bij
Haar Edel Groot Mogenden. En betrekkelijk vlug ook.
Want het advies van het Hoofdbestuur ging 15 Januari
uit en de beslissing der Staten viel op 8 April. Maar het
jaartal zegt vermoedelijk ook wel iets: 1789! Erkend zij
evenwel, dat de aanbeveling door het Hoofdbestuur,
sinds kort staande onder leiding van den, zijn tijd be
grijpenden, heer W. F. H. baron van Wassenaer, krach
tig en knap was gesteld. 3)
Toch kregen de menschen weer niet geheel wat de
heer Van Wassenaer hun had toegedacht. De Staten
wilden niet meer toestaan dan 8 gulden voor de kantoor
knechts, 7 voor de oudste vier en 6 voor de jongste vier
bestellers, terwijl de vroegbesteller van 3 op 4 gulden
per week werd verhoogd en tevens in het vaste corps
opgenomen.
Baron van Wassenaer had echter nog reservepijlen
op zijn boog. Hij bewerkte, dat het Hoofdbestuur voor
de oudste twee bestellers de extra gulden per week
wegens hulp ten kantore eenvoudig liet doorbetalen. En
hij gaf, met den anderen departementscommissaris (Van
Boetselaer van Kijfhoek) een gewijzigde Ordre op de