1
VÓÓR 200 JAAR
133
Magistraat met betrekking tot de Courant gekort zouden
worden. Dientengevolge hadden de burgemeesters Dier-
quens en Dedel een bespreking met raadpensionaris
Gilles, die hen geruststelde. Deze had daarbij echter iets
te veel gezegd; weliswaar is aan de bevoegdheden van
den Magistraat niet getornd, maar de Groot werd weder
ontboden om hem „weegens sijne begaane onvoorsigtig-
heid te geeven een seer ernstige en sterke reprimande
met een serieuse vermaaning sich in het toekomende
sorgvuldig te wagten van ietwes te stellen in sijne cou
ranten, waardoor aan eenige Mogentheeden, desselver
Ministers of andere hooge en aansienelijke Personagien,
of wie het ook soude moogen weesen eenige de aller
minste offensie of aanstoot werde gegeeven, met byvoe-
ging van een waarschouwing voor de laatste maal, dat
hij bevonden wordende contrarie gedaan te hebben, als
dan sonder eenige de allerminste conniventie desweegens
met alle vigeur soude worden gestraft”. Intusschen zijn
er èn in 1750 èn in 1754 toch wederom klachten over
de Groot binnengekomen. Dit belette echter Burgemees
ters niet om op Maandag 2 December 1754 met hem
een overeenkomst te maken, waarbij het hem werd toe
gestaan om gedurende zijn leven zijn zoon Stephanus
als deelgenoot op te nemen en de courant te doen druk
ken op beider naam, terwijl den zoon werd toegezegd,
dat hij bij het overlijden van zijn vader de courant zou
mogen voortzetten, tegen een jaarlijksche „admodiatie”
of pacht van 4500 gld. Dit kwam reeds spoedig aan de
orde, want Anthony de Groot overleed in Januari 1755,
waarna Stephanus een nieuwe pacht inging voor 15 jaar,
te betalen in vier termijnen.
Anthony de Groot had van 1739 af toen de courant
door het slechte beheer van Jacobus de Jongh sterk was
achteruit gegaan de courant uitgegeven. Hij had toen