EEN JEUGDLIEFDE VAN 184 slechts de aanleiding voor een wel is waar heftig gevoel, waarbij Gijsbert Karei eigen ik geheel inzette, maar waar dat gevoel tenslotte toch tot hemzelf terugkeerde. Wij zien haar alleen door de oogen van Gijsbert Karei. Dit is genoeg, vooral daar hij haar nooit idealiseert, om te vermoeden, dat hij voor haar slechts was een onbetee- kenende flirtation. Later flirt ze op gelijke wijze met Gijsbert Kareis jongeren broer Willem, die op zijn beurt even verliefd wordt, tot ontstemming en verbazing van mevrouw van Hogendorp. In het begin heeft Henriette de verliefdheid van den verlegen jongen vermoedelijk nogal aardig gevonden en heeft ze hem aangemoedigd, maar de minnaar maakte wel een heel droevige figuur. Coquet en vroolijk keerde zij zich spoedig van hem af. Een ernstigen huwelijks- candidaat heeft zij en hebben vooral haar ouders zeker nooit in hem gezien, te weinig behoorde hij in hun oogen tot haar gelijken en dit moet de uiterst gevoelige Gijsbert Karei wel degelijk gemerkt hebben. Een werkelijke huwelijks-candidaat is later de gewezen Nederlandsche ex-gezant in Rusland van Wassenaar-Starrenburg, uit het oude Hollandsche adellijke geslacht en in 1788 huwt zij den veel ouderen Adolf Hendrik, graaf van Rechte- ren. Vermenging van adel en regentenpatriciaat was pas aan een volgende eeuw voorbehouden; nu heerschte ook in de Republiek nog het ancien régime, al waren er natuurlijk uitzonderingen op dien regel. Gijsbert Kareis ijdelheid en ik-vervuldheid wilden gelooven in wederliefde, maar zijn verstand zag scherp en van het begin af was er de twijfel, niet alleen aan die wederliefde, maar ook aan de waarde van haar per soonlijkheid. Naast zinnelijke liefde zocht Gijsbert Karei in de vrouw ook geestelijk contact; zij moest zijn gevoe lens en gedachten kunnen deelen. Zooals hij in zijn

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1943 | | pagina 202