mee,
het plan vermeld
om een lokaal te
NATUURKUNDIGE MAATSCHAPPIJ DILIGENTIA 207
In 1797 kreeg men een kleine ruzie onder de leden,
want het werkend lid 7?oos meende, dat de wet niet
was gehandhaafd en stuurde een beklag in, dat aldus
begon:
Vrijheid. Gelijkheid. Broederschap.
Hage. den 28 Jan. 1797, het
3de jaar der Bataafsche Vrijheid.
Het bestuur besloot „deeze Missive bij provisie voor
Notificatie aan te nemen, zonder zich de laesive uitdruk
kingen, daarin voorkomende aan te trekken.” Blijkbaar
was dit de juiste methode, want op 10 Maart 1797 hield
de genoemde Roos een verhandeling ,,over de zintuigen
en byzonder over het gezigt. ten besluite een vertooning
geevende van een Chinees kunst-vuurwerk.”
Op 28 Sept. 1797 werd een begin gemaakt met het
stichten van een bibliotheek, want het lid van der Linden
gaf een boek cadeau door hem uit het Duits vertaald.
Reeds twee maanden later moest een boekenkast worden
aangeschaft.
Zo kwam het vijfjarig bestaan en het werd gevierd
met een voordracht door den voorzitter, waarvoor men
dien avond Alsche had gekozen en hij kon met trots
getuigen, dat men heel wat had bereikt. Overigens ge
bruikte men de feestavond om de „nieuwe wetten arti-
culatim voor te dragen”! Ze werden goedgekeurd. Wil
ding ontwierp een tekening om op te nemen in de
wetten des gezelschaps (aanwezig is nog de 2de druk,
1802). Sinds 1938 vinden de leden van Diligentia deze
figuur uit 1798 op het jaarboek terug.
In de eerstvolgende jaren ging het langzaam vooruit,
de boekerij werd uitgebreid en eveneens het instrumen
tarium. In 1801 deelde de voorzitter mee, dat nog geen
uitvoering kon worden gegeven aan
in de Circulaire van 25 Nov. 1800