r
GREPEN UIT DE GESCHIEDENIS VAN DE
236
der
eene verhandeling
de toepassing in de hygiene geheel ontbrak. Sinds het
100-jarig bestaan is b.v. de gehele erfelijkheidsleer op
gebloeid, het Heelal is uitdijend geworden, nieuwe denk
beelden zijn gekomen over de kristalstructuur, de physica
van de atoomkern heeft zich ontwikkeld na de ontdek
king der Röntgenstralen, de quantentheorie en de rela-
tiviteitsleer hebben een grote omwenteling gebracht, de
undulatietheorie van het licht is niet meer ongeschokt,
de leer van Kossel gaf aan de scheikunde een ander aan
zien.
Duidelijk komt het veranderde aspect uit in de titels
der voordrachten, waarmee de Mij. begon:
„den 11 Oct. 1793 zal de Heer Alsche het Gezelschap
openen met een Redenvoering: dat de beoefening van
nuttige wetenschappen, vooral de wijsbegeerte, onder
welker takken de Natuurkunde de voorrang verdient,
den mensch boven zijne Natuurgenoten doet uitmunten,
den 25 d° zal de Heer Alsche die stoffe vervolgen.
den 22 Nov. zal de Heer Fallot de eigenschappen der
lichamen scheikundig demonstreren.
den 6 Dec. zal de Heer Fallot aantoonen op welke
wijze de Mensch die eigenschappen natuurlijk ontdekt,
nl. door middel van de zintuigen: zullende ZEed ten
dien dage voornamelijk handelen over het Gevoel, den
Reuk en de Smaak.
den 22d° zal de Heer Ter Bruggen
doen over het Gehoor.
den 17 Jan. 1794 doet de Heer Fallot proeven omtrent
het Gehoor.
den 3ld0 zal de Heer Ter Bruggen eene vergelijking
maaken tusschen de zintuigen der menschen en
dieren.
den 14 Febr. zal de Heer Alsche toonen dat er be-
halven deeze natuurlijke middelen door de kunst anderen