DE RAAMWEG EN DE OUDE GRENS
24
den
x) F. Kerdijk, Haagsche straatnamen, 1935 bl. 67.
2) Haagsche Courant, 23/8/1935, 4de blad. De heer Leyden heeft
hierin ook reeds opgemerkt, dat de Raamweg in het artikel van den
heer Morren niet vermeld werd.
3) Tijdschr. Kon. Aardr. Gen. LUI 1936, bl. 380; Haagsch Maand
blad, XIV 1937.
o£ Zaamslag, d.i. Zandweg in de beteekenis van niet-
bestrate weg. Deze weg vormde als verlenging van
Denneweg eertijds de verbinding met de kust” 1).
Hoewel de genoemde schrijver niet meedeelt, van wien
deze vernuftige verklaring stamt, bleek de heer Fr. Ley
den reeds in 1935 2) een volkomen gelijkluidende naams
afleiding geopperd te hebben, zoodat we dezen laatsten
wel als den geestelijken vader ervan meenen te mogen
beschouwen. Nog minstens tweemaal sindsdien heeft de
heer Leyden de aandacht op zijn vondst gevestigd in
andere tijdschriften; zij zal derhalve nu wel gemeengoed
der topografen geworden zijn 3).
Toetst men de ons door de heeren Kerdijk en Leyden
aangeboden verklaring op haar innerlijke waarde, dan
maakt het al dadelijk een eigenaardigen indruk, dat de
naam Raamweg in het leven geroepen zou zijn ten ge
volge van een verkeerde schrijfwijze op een oude kaart.
Het blijft ons verborgen, welke die oude kaart zou zijn.
Het ongeloofwaardige van de geheele verklaring met zijn
dubbele verbastering, eerst van zand in saem en daarna
van saem in raem ligt er in dit geval te dik boven op
dan dat men er vertrouwen in hebben kan, ook zonder
een betere afleiding te kunnen voorstellen. Bovendien
valt tegenover de opvatting aangaande de verbastering
van Raamweg uit Saamweg een andere te stellen, die
den vorm Saamweg voorstelt als een verschrijving voor
Raamweg. Dit punt wordt nader belicht in het tweede
gedeelte dezer bijlage op bl. 60 noot 1.