TUSSCHEN WASSENAAR EN DEN HAAG
27
3) Arch. St. Nicolaas Gasthuis, inv.
gegeven voor 14 groote elzenboomen
inv. no. 18, rekening anno
mede te heinen.
Het St. Nicolaas Gasthuis in Den Haag heeft een
lang het land bezeten, dat achter de westzij van
Noordeinde en benoorden de Molenstraat lag en
no.
om
1512: betaald voor 6 elzenboomen
het gebruik van het van raam afgeleide werkwoord ramen
nog aan een ander voorbeeld uit Haagambacht toelichten,
tijd
het
dat
later in den Princessetuin, thans den tuin van het Konink
lijk Paleis in het Noordeinde, omgezet is. Onmiddellijk
achter de erven van de Molenstraat bestond het uit
geestgrond, die voor hennepbouw geschikt was en daar
voor dan ook gebruikt geweest is. Het grootste deel was
veenig weiland, dat den meesten tijd in eigen gebruik
bij het Gasthuis was. In de rekeningen van de Gasthuis
meesters komt men zoodoende een aantal uitgaven tegen,
die betrekking hebben op werkzaamheden aan het in
stand houden van omheiningen en grensafscheidingen
besteed. Er werd bijv, met „willighe poten” en met
„rijsen” „geheynd” 1), maar men vindt ook een post,
die als volgt luidt: Gegeven Frans Meessen op het Spui
voor „elssen bomen daer men in de weije mede gheraemt
heeft” 2). Voeg ik hier nog aan toe, dat men in andere
rekeningen uitgaven aantreft voor elzeboomen om mede
te heinen 3), dan zal, hoop ik, iedereen wel willen erken
nen, dat de gelijkstelling van heinen en ramen de voor
keur verdient boven de dubbele „verbastering”, zooals
die geopperd werd in de trits: zand - zaam - raam.
H Arch. St. Nicolaas Gasthuis, inv. no. 18, rekening anno 1507
en 1508.
2) Arch. St. Nicolaas Gasthuis, inv. no. 18, rekening anno 1508.
18, rekening anno 1511;
te heinen in de weide;
om