DE RAAMWEG EN DE OUDE GRENS 34 en Monsterambacht uitmondde het Romeinsche militaire vlootstation oostelijk gedeelte en den Rijn. dig, dan dat ze als we dan een dringt zich van aan den door hebben, nu ving”. Met deze woordelijke aanhalingen uit den gang van het betoog en uit de gemaakte gevolgtrekkingen, alle te vinden op bl. 20 tot 25 van Die Haghe 1925/27, meen ik te kunnen volstaan voor het doel, dat ik mij gesteld heb en dat daarin zal bestaan om tegenover den samen hang, dien Pabon tusschen den loop van zijn „terug gevonden” Romeinschen weg en het voorkomen van be paalde grenzen, wegen en „denkbeeldige” lijnen in het allernauwste verband met dien weg meent te kunnen vaststellen, andere gezichtspunten en feiten naar voren te brengen, die naar mijn inzicht in staat zijn om het geloof aan zoodanigen samenhang sterk aan het wanke len te brengen. Ik zal daarbij de verschillende punten, in de aanhalingen vervat, op den voet volgen en zoo zal lijn tusschen Wassenaar de hoofdpoort van op Arendsburg. b) dat gedeelten van dezen weg de grensscheiding waren tusschen de alleroudste ambachten: Voorburg Rijswijk; Wassenaar—Monster. c) dat de weg een scheiding maakte tusschen oost en west; zooals tegenover de Oostduinen de Westduinen stonden, zoo moet tegenover het Westland gelegen heb ben ’t Oostland, waarvan Wassenaar de domineerende plaats zal zijn geweest. d) dat deze weg in een westelijk en verdeelde het land tusschen de Maas Deze vondsten zijn, bij elkaar genomen, te eigenaar- geen dieperen zin zouden verbergen. En blik slaan op de Peutingerkaart, dan i zelf de vraag aan ons op, of Lugdunum ons gevonden weg gelegen zou kunnen echter bedolven door eeuwenlange overstui-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1943 | | pagina 42