TUSSCHEN WASSENAAR EN DEN HAAG 67 1) Dit is waarschijnlijk in zooverre onjuist als de eene raai niet met betrekking tot het Raamwegje, maar tot de Denneweg uitgezet was. 2) K.N.A.G. 1931. Denneweg èn den modernen Raamweg èn de volgens hem „denkbeeldige”, maar in werkelijkheid goed gemar keerde grenslijn in de zeeduinen tot één geheel te ver werken, toont voldoende aan, hoe weinig nauwgezet hij te werk is gegaan en in welke bochten hij zijn redenee- ring heeft moeten wringen om dezen uitslag te verkrijgen. Daar ik straks in wijder verband weer op de verhou ding Oost/Westduinen moet terugkomen, wil ik hier meteen alles bespreken, wat ik nog over beide duin- groepen mee te deelen heb. In 1656 heette het in de sententie van het Hof, dat de duinen gelegen tusschen het Raemweechgen en de Hoevenzijdwinde „ofte de raije uyt de selue respectiue genomen ter zeewaert”1), van oude tijden af genaamd waren de oostduinen van Delf land. De oostduinen eindigden daar, waar Delfland eindigde, d.i. aan de (oude) landscheiding met Rijnland, die van de Hoevenzijdwind recht over de Roggewoning naar zee liep. Aan gene zijde van de landscheiding was de naam Oostduinen niet in gebruik, deelt Fockema Andreae mee2). De tegenstelling Oost/Westduinen heeft men dus te zien als een Delflandsche aangelegenheid of indeeling. Wanneer de naam Oostduinen opgekomen is, weet ik niet aan te geven, evenmin hoever de oude tijden teruggaan, waarop in het proces van 1656 gedoeld wordt. Een onderzoek in het archief van Delfland zou wellicht uitsluitsel kunnen geven over de vraag, of de benaming Oostduinen reeds bestond vóór 1543. Zoo dadelijk bij behandeling van punt 3 en 4 komt de scheiding der Oost- en Westduinen nog weer eens, maar dan in ruimer

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1943 | | pagina 79