1 tl OVER DES BURGGRAVEN HUUR ENZ. 88 1 Deze Adriaan Cornelisz. was een zoon van Cornelis Matheusz. een landbouwer uit Haagambacht, weshalve hij ook voorkomt als Adriaan Cornelis Teeusz. en was gehuwd met Aaltje Cornelis. dochter van Cornelis Willemsz. Scholdam Door dit hu welijk had hij de hofstede en het land van zijn schoonvader geërfd. De naam Schol dam is Adriaan Cornelisz. door zijn vrouw aangekomen, gesteld dat hij hem ooit zelf gebruikt heeft Na zijn dood hertrouwde Aaltje Cornelis Scholdam met Adriaan Pietersz Groen, een weduwnaar. deeling, dat de woning omtrent 12 morgen lands houdt, reeds op de aanwezigheid van een huis duidt. Het is niet gemakkelijk deze cijfers met elkaar in overeenstemming te brengen, maar ik meen toch wel te mogen aannemen, dat de verschillen zoo niet geheel, dan toch grootendeels verklaard kunnen worden uit den aard van den bodem als bestaande uit lichten, schralen zandgrond, die slechts plaatselijk door bemesting tot een hoogerën graad van vruchtbaar' heid gebracht was. De schraalheid van de zandgronden aan den duinkant had er toe geleid om ze in de morgenboeken van het ambacht niet voor de werkelijke oppervlakte, die ze besloegen, in rekening te bren gen, maar voor een verminderd aantal morgens. Men sprak dan van gevouwen morgens, als de opgave in het morgenboek sterk afweek van de werkelijkheid. Er werden zoo 2, 3, ja zelfs 4 morgen voor één gerekend; vaak was die verhouding echter van minder eenvoudigen aard. Voor welke verrassingen men kan komen te staan, wanneer men de grootte van dergelijke soort gronden naar de maten in de morqenboeken wil afmeten, blijkt wel heel duidelijk uit het vol gende voorbeeld. Bepaalde landerijen in het Kleine Veentje benoor den de banwatering, die in de 16de en 17de eeuw herhaaldelijk van eigenaar wisselden, heetten dan telkens groot te zijn 3% morgen. Zij bestonden uit zand- en lage geestgronden en waren van de banwatering door eenige strekweren gescheiden. In het kohier van den tienden penning van 1561 wordt dit land, 3% morgen ten name van Adriaan Cornelisz. Scholdam 1) op fol. 48, beschreven als „een weijnich beeter" van aard te zijn dan het voorgaande perceel van 5 morgen van een anderen eigenaar, dat als „sober dor lan- deken" aangeduid wordt. Blijkens de belendingen moest het land van 3% morgen ondanks dat geringe morgental een aanmerkelijke uitgebreidheid bezitten. Een van de akten, uitvoeriger dan de andere, verschafte de oplossing van de tegenstrijdigheid. Want daarin werd het land in kwestie beschreven als te bestaan uit 5 morgen 20 roeden weiland en 18 morgen 5 hont 20 roeden geest landen en klingen, „liggende in het morgenboek voor 3% morgen"! (Transp. Den Haag, inv. no. 406, f. 22, 13/1/1598). In 1580 stelde

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1944 | | pagina 100