VAN BURGER- EN SCHUTTERSDIENSTEN
99
Zie Jaarboek 1930 bl. 26.
zijn en soms dagen lang duren! De maaltijden werden aan
vankelijk meestal jaarlijks gehouden, later slechts om de
twee of drie jaar; het kwam voor, dat er een Oranje of
een raadpensionaris aan deelnam; de hooge gasten ver
broederden zich dan met hun meerendeels veel eenvou
diger en medeburgers en -burgeressen. De Hofbuurt gaf
hierin het goede voorbeeld, althans in later tijden, want
in enkele buurten hadden de heeren-buren en de burger-
buren ieder hun eigen „buurt”!
Het tijdstip en de wijze van ontstaan der buurten lig
gen in het duister der eeuwen verborgen, daarover zijn
de schrijvers het eens. Wel blijkt uit een ordonnantie
van 1571 van de Haagsche Magistraat, dat de buurten
in dat jaar reeds bestonden. Het gezamenlijk begraven
van een buurtgenoot, is zeker een middeleeuwsche ge
woonte, zegt Dr. van Gelder en hetzelfde geldt voor de
gezamenlijke maaltijden; ook hieruit kan dus blijken dat
de buurten van zeer ouden datum waren. De Haagsche
Magistraat, optredend als wetgevend lichaam, droeg de
uitvoering van ordonnantie’s en keuren veelal op aan de
„buren”, in het bijzonder op het gebied van het onder
houd der stad. De rol die de „buurten” eeuwenlang in
het gemeenteleven hebben gespeeld is dan ook een be
langrijke geweest en het doet merkwaardig aan, dat Mr.
A. G. A. Ridder van Rappard in den kring van de Ver-
eeniging ter beoefening der geschiedenis van Den Haag
daarop eigenlijk voor het eerst serieus de aandacht ves
tigt.1)
De buurten bezaten meestal statuten, vastgelegd in z.g.
buurtbrieven, waarvan de oudstbekende, die voor de
„Hoochstrate”, is gedagteekend 1 Februari 1617. Van
zelfsprekend behoefden de buurtbrieven de goedkeuring