VRIJDOM VAN OFFICIEREN GENERALITEIT
100
van de Haagsche Magistraat om verbindende kracht te
verkrijgen ten opzichte van de buren en soms zelfs te
genover derden; zij werden onderteekend door de be
treffende buren, waaronder in de Hofbuurt vermaarde
Oranje’s en andere aanzienlijke personen voorkomen, als
mede hooge functionarissen als Johan de Witt naast een
voudige ambtenaren en burgers. Een bewijs te meer, dat
een zekere verlichtheid in de onderlinge verhoudingen in
deze landen vanouds heeft geheerscht.
Aan het hoofd der buurten stond een bestuur bestaan
de uit een deken of president en hoofdmannen en een
secretaris of griffier. In de Hofbuurt alweer, lieten onze
Oranjevorsten zich ook in dit opzicht niet onbetuigd en
zoo hebben de stadhouders Willem III, Willem IV en
Willem V het dekenschap bekleed, zij het ook in den
zin van eere-voorzitter (opperdeken). De buurtbesturen
werden meestal gekozen door de bijeengeroepen buren.
Tot de voornaamste taak der besturen behoorde het doen
onderhouden van de keuren, ordonnantiën en reglemen
ten van de Magistraat door de buurt en het bijleggen
van geschillen tusschen buurtleden; door het opleggen
van boeten konden deken en hoofdmannen hun gezag
kracht bijzetten. Dit kwam tevens ten goede aan de bus-
sen of kassen der buurtvereenigingen, wier inhoud bo
vendien werd vermeerderd door verplichte en vrijwillige
bijdragen; tot de verplichte bijdragen behooren de be
dragen, die men moest betalen bij het komen wonen in
de buurt en het weer verlaten ervan, bij koop en verkoop
van huizen, bij huwelijken, geboorten, enz. De finesses
van al deze dingen kan men vinden in het artikel voor
komende in de „Mededeelingen enz.” van 1880. De uit
gaven betroffen hoofdzakelijk de bijeenkomsten en maal
tijden, het begraven van de overleden buren en het
schoonhouden van de straten.