clevant regenten 1Zoodat de nieuwe meesters te zijnen opzichte meegaande, of onwelwillend waren, al naar ge lang het gematigde, dan wel het felle element in de be stuurscolleges den meesten invloed oefende. In April 1798 (dat is dus tijdens het radicale bewind van Vreede en zijn groep) moest hij zich tot den Am- sterdamschen raad wenden met verzoek om vergunning buiten de jurisdictie van de stad te vertoeven, zonder zulk een bewilliging. De president verwees hem, over eenkomstig besluit van het College, naar het Comité van Algemeen Welzijn 2) .Ik vrees, dat hij daar bij den duivel te biecht ging. Maar na den staatsgreep van Spoors en Gogel, op 12 Juni 1798, kwamen allengs min der felle partijgangers aan het roer. Men zal hem toen het leiden van de onderneming niet meer zoo moeilijk hebben gemaakt. Dat, desondanks, in hoogere regeeringskringen de stemming te zijnen aanzien niet gunstig was, bewijst de volgende gebeurtenis. Den 27sten December 1798 behandelde de Eerste Kamer van het Vertegenwoordigend Lichaam der Ba- taafsche Republiek een request van den Burger Van Lennep, strekkende om de gewone voerlieden en alle particulieren te verplichten voor zijn postwagens uit den weg te gaan, wanneer zij zich door blazen op den post hoorn zouden kenbaar maken. Het Uitvoerend Bewind erkende, in zijn rapport ter zake, dat de voerlieden in derdaad onhebbelijk optraden. Maar de afgevaardigde Van Hall verzette zich tegen het verleenen van voor rechten aan het eene individu boven het andere. Hij VAN HAAGSCHE POSTWAGENS 152 Geboren in 1766, had Van Lennep zelf nog even tot de oude regeering behoord, nl. van 1792-1795 als schepen. 2) Gem. Arch. A'dam, not. Nw. Sted. Bestuur 4 April 1798.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1944 | | pagina 169