Na den dood zijner echtgenoote bleef De Brienne een zaam in het groote huis aan den Vijverberg achter; waar schijnlijk heeft hij veel verkeerd met de familie Germain. Van zijn particulier leven komen we niet zooveel meer te weten, als vroeger, nu Huygens in 1697 was over leden en daardoor ook aan het dagboek een einde was gekomen. Om des zomers buiten te kunnen zijn, kocht De Brienne in 1706 van vrouwe Margareta de Haas, weduwe van Joan van Loon, een hofstede te Voorburg. In de acte van eigendomsoverdracht, welke van 7 April 1706 da teert, wordt dit perceel omschreven als een huis met tuin in het Westeinde van Voorburg, tusschen den Heereweg en de Vliet, met al hetgeen daarbij aard- en nagelvast is, behalve de 6 piëdestallen, die in den grond staan; de koopsom bedroeg 5000 guldens Het huis was gelegen ongeveer ter plaatse, waar tegenwoordig de watertoren van Voorburg staat2). In 1718 heette het Haagvliet, doch ten tijde van De Brienne stond het bekend als de hofstede Bethlehem, niet te verwarren met de tegenover dit huis aan de andere zijde van den weg gelegen hofstede van dien naam, grenzende aan de Broeksloot, welke ge- teekend staat op de kaart van Delfland door Cruqius van het jaar 1712 3). De Brienne liet het huis grondig restaureeren; de groote kamer moest worden afgebroken; er moest een nieuwe kap op het huis komen en er zou een nieuwe stal met koetshuis, resp. voor vier paarden en twee koet sen gebouwd moeten worden. Voorts moest de koets poort nieuw opgebouwd worden en waren er herstel- SIMON DE BRIENNE 27 x) Protocol van Opdrachten, Voorburg, 7 April 1706. 2) A. M. de Vink, Voorburgsche Buitenplaatsen, in Jaarboek „Die Haghe". 1903, biz. 347. 3) Zie afbeelding No. 3.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1944 | | pagina 39