I I T 28 SIMON DE BRIENNE 1 ;i I J) Protocol van Opdrachten, Voorburg, 24 Juni 1707. 2) Den 18den Januari 1707 schrijft Arend van Wassenaar-Dui- venvoorde aan Hans Willem Bentinck: „Briene est dangereusement. malade”. Corresp. Willem III en H. W. Bentinck, I, 2de dl. lingen aan het speelhuis aan den Vliet te verrichten. Al deze werkzaamheden zouden vóór 1 October 1706 klaar moeten zijn. Maar den nieuwen eigenaar was het niet meer gegeven een zomer op zijn buitenhuis te mogen vertoeven, want den 19den Maart 1707 overleed hij. Zijn executeurs-testamentair verkochten de nieuw ge timmerde hofstede met bijgebouwen, groot 4 hond, aan zijn zwager Philip Germain voor 7600 guldens; de over dracht vond 24 Juni 1707 plaats1). Tegelijk met de hofstede te Voorburg werd een aan De Brienne toebe- hoorende „playsante wel gelegen tuyn met sijn twee nyeuwe tuynhuyskens mitsgaders koetshuys”, gelegen aan de Noordzijde tegenover de „Nieuwe Uytlegginghe” in het Haagsche Bosch of tegenover de Maliebaan voor 3175 guldens verkocht aan Jude Pereira. We zijn intusschen vooruit geloopen op de gebeurte nissen. Reeds in Juli 1706 schijnt De Brienne ziek te zijn geworden; zijn geneesheer, de vermaarde Haagsche dokter Johan Cocq, had hem sinds die maand tot zijn sterfdag 210 visites gebracht, hetgeen, goed uitgerekend, op bijna één visite per dag komt. Behalve dokter Cocq zijn ook professor Revershorst en de chirurgijn Van Ouwenk bij den zieke geroepen; gesproken wordt van een zeer zwaar doodelijk accident aan het linker been en de dij, aan welke kwaal De Brienne tenslotte bezwe ken is 2). De begrafenis vond, zooals we gezien hebben, den 23sten Maart 1707 in de Groote Kerk plaats. Als eenig familielid volgde zijn zwager Philip Germain in den stoet; voorts de drie predikanten Olivier, Ladevaisse en

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1944 | | pagina 40