den ouden scheidijk daartoe de grens van Van den Broucks eigen- het westen verlegd moest worden, hij zich volledig ontdeed van zijn landbezit ten oosten van den Scheveningschen weg en benoorden de latere Javastraat ten behoeve van Cornelis Aerssen, griffier van de Staten-Generaal, wijst zijn naam in belendingen daar ter plaatse op verouderde gegevens. Het onder c) bedoelde stukje land had Ernestus van den Brouck in 1634 van zijn westerbuurman Pieter Gijsbrechtsz., den nazaat van Willem Centen, gekocht. Uit de aan de over dracht gebonden en uitvoerig meegedeelde voorwaarden mag men opmaken, dat de bedoeling van dezen bizon- deren koop verband hield met den aanleg van een nieuwen (zand-)scheidijk tusschen de beide bezittingen, maar waarom de staal van niet dienen kon en dom iets meer naar blijft onverklaard. De erfgenamen van bij den verkoop aan Cats Ernestus van den Brouck hebben s een splitsing gemaakt in het complex, dat eenige malen vóór dien tijd in zijn geheel overgedragen was en dat bestond uit het land in Seg- broek, de 2 mg in het Kleine Veentje en het perceel in Oost-Escamp. Het volle licht valt er bij deze gelegenheid nog eens op, dat de veenpacht van 2 gl. 11 st. aan het goed in Segbroek kleefde. Laat ik ten slotte nog aanstippen, dat, wanneer in 1675 de erfgenamen van Elisabeth Cats, vrouwe van Car- nisse, de buitenplaats Zorgvliet aan Willem Bentinck overdoen, de kooper mede tot zijn last neemt alle lasten hetzij van grafelijkheidsrentjes, hoenderlanden, kapoen- gelden of anders, die zich bij tijd en wijle mochten ko men te openbaren, twee gulden ’s jaars niet te boven gaande1). Het is mij niet bekend of de Wassenaarsche EN HET BUITENGOED ZORGVLIET 73 x) Transp. Den Haag, inv. no. 444, f. 401, 16/1/1675, klapper- no. 445.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1944 | | pagina 85