veenpacht, die in 1643 nog op de woning drukte, sinds
dien afgekocht is geworden, maar de vermelding van
die hoenderlanden en kapoengelden zal wel met het oog
op een nog bestaanden of een voormaligen Wassenaar-
schen opstal opgenomen zijn.
Hiermede eindig ik het overzicht van de geschiedenis
van het buitengoed, dat van Cats den naam Zorgvliet
ontving en onder dien naam een tijdperk van roem en
glorie tegemoet zou gaan 1Men vindt wel vermeld,
dat Cats een woning met land kocht naast den Scheve-
ningschen weg, maar dat de geschiedenis van dit hoekje
gronds, op welks bezit hij zijn zinnen gezet had om het
tot een aangename en rustige verblijfplaats voor zijn
laatste levensdagen om te scheppen, zoo ver terug ge
volgd kon worden, was voor mij en naar ik reden
heb om te vermoeden ook voor den lezer een groote
verrassing. Van 1488 af laten de elkaar opvolgende
eigenaars zich opsporen zonder een zweem van twijfel
aan de juistheid der reeks. De namen van den in ge
noemd jaar aangewezen eigenaar, Aernt Jansz. Backer
en van den van 1464 tot 1472 optredenden eigenaar
Martijn Jacobsz. waren aanknoopingspunten om dit be
zit voor hetzelfde grondstuk te houden, dat in een akte
van 1444 als toekomende aan een zekeren Philips Reim-
brantsz. vermeld werd. Voorts bestond er reden om die
OVER DES BURGGRAVEN HUUR ENZ.
74
Wie belang stelt in wat Cats in de duinen van Zorgvliet
gewrocht heeft ten bate van zijn nakomelingen en nazaten en tot
lust van een ver nageslacht en hoe hij op zijn geliefd buiten ge
leefd, gedicht en rondgedoold heeft, zij verwezen naar de studie
van mr. D. Veegens getiteld De Zeestraat (Historische Studiën
1884; reeds eerder verschenen in de Mededeelingen ter bevordering
van de geschiedenis van ’s-Gravenhage)De lotgevallen van
Zorgvliet van Cats' tijd af tot in den aanvang van de 20ste eeuw
zijn geboekstaafd door Th. Morren (Zorgvliet, Buitenrust en Rus
tenburg in Elseviers Maandschrift 1903).