HET BUITENHOF 90 lijn, die op den oostelijken zijwand van het huis van Jan Guldemondt toeloopt, maakte deel ervan uit; ook zelfs het tuintje van Kiggelaer en de open plaats naast Guldemondts huis, die Pieter Gillisz. eerst later van zijn achterbuurman heeft aangekocht. Hoe komt nu de westelijke begrenzing van dit enorme erf en van het erf, dat er Zuidwaarts tegenaan ligt, zoo recht te zijn? Er was hier een zijtak van de Beek ge graven, die lijnrecht naar 't Noorden liep en, even ten Oosten van Guldemondts huis, recht aanging op het Oostwaarts uitstekende brokje van den Stal van de koetspaarden van den Prins. De scheidingslijn is door Bos en van Harn dan ook iets te ver naar het Westen geteekend en, merkwaardig genoeg, van de Beek is bij hen niets te zien! Maar een situatieschetsje van Floris Jacobsz. van Mei 1619 is zóó pertinent, dat we Bos en van Harn gerust mogen wraken. Zoowel op dit schetsje, evenwel, als bij Bos en van Harn vinden wij de planken heining terug, die, achter het erf van Kiggelaer langs, tegen de Beek komt stuiten, om dan met een rechten hoek langs den oever van ’t water naar het Zuiden om te zwen ken. Het heele, èn door zijn gebouwen èn door zijn gewel dige erf zoo belangrijke complex is niets anders dan het vroegere Timmerhuis (de woning en timmerwerf van den Architect-Aannemer van ’t Hof), dat nog vóór de troebelen, om redenen, die wij niet bevroeden kunnen, aan den Timmerman van den Hove is onttrokken en aan den Rentmeester-Generaal van Noord-Holland, Jan Hanneman, ten gebruike afgestaan. Na diens dood is het door diens zoon en opvolger, Mr. Pieter Hanneman, bewoond geweest. Deze werd echter alspoedig Griffier van het Hof van Holland, waarna het, in 1583, ter be schikking gesteld is van Nicolaas Doublet, schoonzoon van Coenraad de Rechtere, na 1585 tevens diens sub-

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1945 | | pagina 105