HET BUITENHOF
98
erf
van
aan
27
1622. Susanna, weduwe van Jan Borremans, heeft last van ’t
water van den Vijver, dat Prins Maurits sinds eenigen tijd op
en erf,
|„vuile
1) Wellicht het huisje, tot het zetten waarvan de cipier van de Voorpoort Willem
Adriaansz., in 1600 consent heeft gekregen, De Rentmeester Generaal adviseerde op
11 Aug. 1600, den cipier te vergunnen, „de verzochte plaatse te mogen tzynen costen
betimmeren welverstaende, dat hij zal gehouden wesen te blyven zeven voeten van
den vyver beneeden ehde onder die traliën vande Riddercamer boven”. (383).
2) Die deur zal toegang gegeven hebben tot het erf vóór het huisje (zie open plek
op den plattegrond) en dit erf weer tot het huisje zelf. Ze bestond nog in 1906 (Calkoen, de
Gevangenpoort, in Jrb. 1906, 37. Ook Calkoen kent de bestemming van het kwartier-
huisje niet. In 1772 was het „doodenhokje”).
O.-muur van
volge consent van
van het kwartierhuisje, mogen gebruiken
zijn huis blind laten maken, 1J/1 steen dik
den O.-muur van de <Voorpoort. De deur, toegang gevende
tot het kwartierhuisje, zal op zijn kosten worden verplaatst naar
de binnenzijde (zuidelijken boog) van de Voorpoort. (Nog thans
vindt men daar een dichtgemetselde deuropening) 2). Ook het
kwartierhuisje zelf, dat niet gebruikt wordt, heeft hij in huur
gevraagd; een beslissing hierop staat niet aangegeven (166, 122
v°; mn, rk en advRG 206).
zijde zoozeer vervallen, dat hij dreigt in te vallen. Hij krijgt nu,
29 Juni 1611, consent, hem te vernieuwen en hem zoover naar
achteren te verplaatsen als de bedstede diep is. Ook mag hij
langs het dak, aan de Z.-zijde,een borstwering maken van 4 voet
hoog, zonder nochtans het dak te verhoogen. De huisjes zijn ten
behoeve van het uitzicht, zoowel uit het .Stadhouderlijke Kwartier
als uit de Gevangenpoort, aan een bepaalde hoogte gebonden
(164, 135; mn, rk en advRG 201).
1616. Jan Borremans is gestorven en op 29 December 1616 krijgt
zijn weduwe Susanna voor haar kinderen Pieter, Jan, Abraham,
Jacob, Isaak, Catharina en Maria consent, dat zij ook na haar
eigen dood in het huisje mogen 'blijven wonen (165, 217 v°; mn,
rk en advRG 203).
23
1621. Kort [vóór 9 Jan. 1621 heeft Philips Michielsz. (Soetens),
zijdekramer, van de Vries gekocht een stuk van zijn huis
dat hij nu verbouwen wil. N. daarvan bevindt zich een
hoek”, toegang gevend tot het „kwartierhuisje”, dat tegen den
de Voorpoort is aangebouwd.1) Soetens zal, inge-
21 Jan., dien hoek, benevens 2 voet van het
en den N.-muur
en vast verheeld