AAN DEN LANGE VIJVERBERG
9
i) Das Schuylenburch’sche Haus im Haag.
In den nacht echter, terwijl de bewoners reeds ter
ruste waren gegaan, reed langs hun huizen een koets
voorbij, waarin een man in eenvoudige kleeding gezeten
was, op weg naar het Logement ,,De Oude Doelen”.
Het was Peter de Groote, die de reis als secretaris met
zijn eigen gezantschap meemaakte. Daar hij in een der
laatste koetsen zat, was hij in Amsterdam, waar hij een
studie maakte van bruggen en molens, van de anderen
afgeraakt en vervolgde hij zijn reis alleen. 1
Verder wordt vermeld: „Den volgenden morgen liet
hij zich naar een kamer naast de Trèves-zaal brengen,
om van daar uit de prachtige optocht te zien. Hij droeg
een eenvoudige blauwe jas, met goud versierd, een groote
blonde pruik en een hoed met witte veeren. Maar zoo
gauw had het gerucht zich verspreid, dat hij de Keizer
zelf was, die zich daar bevond of aller blikken werden
op hem gevestigd. Hij wilde zich onbekend verwijderen
en verzocht de Heeren, die zich in de zaal daarnevens
bevonden, zich bij de terugtocht van hem af te wenden.
Dit veroorzaakte eenige moeilijkheid, want het was on
mogelijk dien hoogen gast den rug toe te keeren. Daarop
trok de Tzar zijn pruik over het gezicht en baande zich
een weg door de menigte.
In April 1748, bij de Doopplechtigheid van Willem IV,
reed de Prins gedost in een licht hemelsblauw gebloemd
fluweelen kleed, waarvan de naden rijk bezet waren met
geborduurde gouden point d'Espagne en gezeten in een
prachtige koets, bespannen met 8 moorkoppen-hengsten
van het Stadhoudershof langs den Vijverberg naar de
Groote Kerk.
Op 14 October 1790 konden de bewoners op den
huwelijksdag van Prinses Louise, dochter van Willem V,