HET BUITENHOF
200
van H. Hondius, Onderwysinge inde Perspactieve Conste (1622/23),
30ste en 31ste figuur. De tuin is 15 roeden, 4 voeten (ca. 58 M.)
lang en 8 roeden, 4 voeten (ca. 31 M.) breed.
O
1624. Anthonis Eewoutsz., schoenmaker, is een oude bekende
hoewel de lezer hem ongetwijfeld vergeten heeft! Men kan, onder
1624, iets over hem vinden in het hoofdstukje „Houten Winkeltjes
bij de Gevangenpoort”. Eewouts, die vóór de door den Prins onder
nomen werkzaamheden een winkeltje had staan bij de plek, waar
het „nieuwe gebouw” is verrezen, is van hier uit naar de Ge
vangenpoort, van de Gevangenpoort naar de St. Sebastiaansdoelen
en vandaar weer naar hier verjaagd. Hij krijgt er op 5 Sept.
1624 (de mn heeft 10 Sept.) definitief een plekje dat weer
moeilijk te determineeren is. Vermoedelijk is de toestand als volgt.
Neeltje Cornelisdr., weduwe van Pieter Amen, heeft achter haar
westelijke woning, die grenst aan de sloot, waarvan de voortzetting
langs den nu nieuw ingerichten Prinsentuin loopt, nog een erf, dat
stuit tegen den afscheidingsmuur van dien tuin (zie de kaart van
Bos en van Harn, waar echter de tuin nog „Klein Akerland” is en
in de handen van particulieren). Een bruggetje over dien sloot heen
geeft toegang tot dit erf. Enkele stappen verder naar 't N. bevindt
zich, parallel met dit bruggetje, een toegang tot den Prinsentuin;
dit kan men afleiden uit het schetskaartje, genoemd aan het eind
van de volgende paragraaf, en blijkt ook uit de teekeningen van
Hondius. Het latere perceel O springt nog niet met een zwakke
punt naarvoren in de richting van perc. B, maar de zich daar be
vindende sloot loopt rechtdoor, parallel met de rooilijn van EDCB.
Van den ingang van den Pinsentuin af nu, tot aan de Westbrug,
die toegang geeft tot den (W.-O. loopenden) Cingel, wordt
een strook van den openbaren weg gebruikt als „werf, waar de
aarde van den tuin van den Prins van Oranje geleid en gepre
pareerd wordt.” Dit behoeft niet te verwonderen. We zagen ook de
mest uit den stal van de Edellieden met zorg vóór de deur van
Jacob van Buren gedeponeerd! Op de plaats nu, waar zich het
bruggetje bevindt, dat naar het achtererf van de weduwe van Pieter
Amen leidt, op de plek van de aldaar te dempen sloot, deels naast
het erf, deels naast het achterhuis van de weduwe, tusschen dit
huis en de werf, waar de aarde van den Prinsentuin wordt gepre
pareerd, mag de schoenmaker Eewouts zijn winkeltje zetten. De acte
zegt het aldus: daar waar een bruggetje placht te liggen tusschen
het huis van de weduwe van Pieter Amen de Jonge(in ’t Oos-