HET HUIS VAN ALEIDA VAN POELGEEST
211
I
welke het Binnenhof met het Buitenhof verbindt. Ten
slotte wist men, dat Hertog Aelbrecht wilgen had doen
kappen bij het Valkhuis (men kent de ligging daarvan,
westelijk d.i, richting Hoogstraat van de Gevan
genpoort), „omdat miin heer van Joncfr. Aliden huze
int hof zien woude”, d.i. dan hier in het Buitenhof.
Genoeg om de conclusie te rechtvaardigen, dat het
huis van Aleida van Poelgeest „stond op een ommuurd
erf, waartoe men toegang bekwam aan het Buitenhof en
hetwelk grensde aan de beek, die destijds nog van
het Noordeinde” (lees de Hoogstraat) „achter de huizen
van de Plaats en onder de huidige Gevangenpoort door
naar den Vijver stroomde.” Ik heb in dit citaat drie
stippeltjes gezet. Ze vervangen het woord „achter”. Dit
woord, we zullen het zöo dadelijk zien, is teveel. Maar
toen ik, op instigatie van Dr. van Gelder, Jhr. Beelaerts’
artikel las, kon ik dit nog niet weten.
Wel had mij de vraag van Dr. van Gelder ietwat ont
hutst. Inderdaad, ik ken het oude Buitenhof goed, d.w.z.,
niet dat van Hertog Aelbrecht, maar dat van de zes
tiende eeuw. En nu hiér het huis van Aleida van Poel
geest te localiseeren, uit den aard der zaak aan den
Noordkant, het kwam mij vreemd voor, het wou er
nog niet bij mij in. Ik ging dus op speurtocht uit. En
nu zal ik U laten zien, hoe gemakkelijk zoo’n speurtocht
soms is. Het moedigt U misschien aan, ook eens Uw
voelhorens uit te steken en ook eens een klein en een
voudig onderzoek in te stellen naar het een of andere
hoekje van oud Den Haag.
Veel bronnen had ik niet bij de hand. Maar ik keek
mijn boekenkast eens na. De Hofboeken, in de uitgaaf
Pabon! Het oudste daarvan reikt terug tot in het mid
den van de vijftiende eeuw. Ik greep er naar. Het was
al dadelijk een gelukkige greep!