HET BUITENHOF
80
aan haar dochter
kleermaker, Pieter
weduwe en woont
dat het er meer zijn dan drie. Dat is wellicht vanwege de
bijgebouwen. In den hoek, naast het huis van Hendrik
Doedijns, bevindt zich de Hoefsmederij van den Hove.
De Gheyn, op zijn kaart van 1597, teekent er een af
dakje vóór, waaronder de paarden worden beslagen.
Arend Jansz., nu gestorven, is als Hoefsmid door Hu-
brecht Jacobsz. opgevolgd. Sinds 1613 loopt dwars door
de Hoefsmederij een gang, die de woning van Lambert
Zegersz. in de Hoogstraat, waar het Rooster uithangt,
met het Buitenhof verbindt.
Het tweede huis in de rij wordt bewoond door de
weduwe van Coenraad de Rechtere. Deze was tot 1601,
het jaar van zijn dood, Secretaris van de Staten van
Holland. Ook hij heeft, evenals Jan Willemsz. Comans,
zijn huis als ambtswoning toegewezen gekregen en wel
vermoedelijk niet lang na zijn benoeming, die eind 1573
of begin 1574 plaatsvond. In 1578 zien wij er hem wonen.
Lag het huis van Comans in een grooten tuin, de Rechtere
kreeg een nog grooteren tuin aan de Zuidzij van het
Buitenhof. We komen er zoo-dadelijk op terug.
Het derde huis, tenslotte, is dat van Anneken Jolijt,
de weduwe van den kleermaker Evert Sanders. We heb
ben het, met zijn oud rietdak, in den aanvang van dit
opstel beschreven. Maar Anneken Jolijt is al een jaar
of tien dood. Het huis behoort nu
Lowijsgen Sanders, die ook met een
Jansz., getrouwd is geweest. Ze is nu
bij haar dochter, Aaltje Pieters, in. Aaltje, op haar beurt,
'is met een zijdekramer, Pieter Balde, getrouwd.
We steken de Halsteeg nu over. Hier zijn wij bij
Johan Ernst, Graaf van Nassau, terecht. Johan Ernst is
een kleinzoon van Jan den Oude, broer van Prins Wil
lem, bij wien Prins Maurits zijn kinderjaren gesleten
heeft. Maar het huis is zijn eigendom niet. Het behoort