TOPOGRAFIE VAN DEN HAAG 131 Scheveningen en ten den Rijnweg. Ik heb een vorige bijdrage in her- de kaart van Delfland gesneden door evenals op een weg. Uit de gegevens der kaarten mag men opmaken, dat de woning, zoals Cats die in 1643 op het buitengoed aantrof, van het Scheveningsche rijslag uit over den Rijnweg bereikbaar was. Bij de snijding van den laatste met de Beek ontwaart men op de kaart van Delfland een hek in de heining, dat toegang geeft tot een smalle strook land, die zich tusschen de Beek en een heining tot bij de hoeve voortzet en die als toegangsweg naar de woning is aan te zien. Bij het huis ligt een heultje over de Beek. Deze toegang vanaf den Scheveningschen weg naar de plaats, waar het huis stond, is in Cats’ tijd en nog lang daarna in stand gebleven. Een vergelijking met den plattegrond van Zorgvliet op de kaart van Cruquius stelt dat buiten twijfel. Na deze bespreking van eenige kaarten laat ik thans een paar akten aan de beurt komen, nl. twee uit de schepenregisters van Den Haag van 1540 en 1544, een notarieele akte uit het jaar 1665 en een akte uit het archief van de Rekenkamer uit het zelfde jaar. In 1540 verwaarborgden Jan Bruynsz. en andere erf genamen van Bruyn Aelbrechtsz. een door hen opge nomen som gelds o.a. op een woning en landen met huis, schuur, barg en geboomte tusschen Den Haag en Scheveningen176). Deze hofstede met het omgevend land was ten noorden begrensd door de wildernis, ten oosten door den heerweg naar zuiden door de banwatering en deze akte uitvoerig besproken in dit Jaarboek177) en wil er hier dus slechts aan 17fi) Hypoth. Den Haag, inv.no. 489, f. 61, klapperno. 121, 15/3/1540. 177) Jaarb. Die Haghe 1944.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1947 | | pagina 147