DE HEER LEYDEN EN DE 158 ter plaatse, waar de teekenaar het laat eindigen, reeds ter hoogte van die woning aangekomen zijn. In 1613 had Van Kenniphoven het landgoed overgedaan aan Cornelis van Aerssen, heer van Spijck, enz. Ik vermoed, dat deze of zijn pachter een nieuwen toegangsweg naar de hoeve heeft laten aanleggen ter vervanging van den verder gelegen en ondergestoven weg. De kaarten van Floris Balthasar laten ons, wat den loop van paden in het gebied tusschen Zorgvliet en het einde van den Denneweg betreft, in den steek. De kaart van Dou en Van Brouckhoven van 1647, waaraan, naar ik vermoed, Pabon zijn voorstelling van de voortzetting van den Rijnweg van af Zorgvliet naar den achterweg van Waalsdorp ontleend heeft, opent geen nieuwe gezichts punten na kennisneming van hetgeen de kaart uit Delf- lands archief te zien geeft. Het staat dus wel vast, dat tegen het eind van de 16de eeuw geen weg meer aanwezig was, die de uit monding van den Rijnweg aan het Scheveningsche duinslag bij Zorgvliet rechtstreeks met het uiteinde van den Denneweg verbond. Men zou in het begin van het pad door Van Kenniphovens duin of het Galgduin een overblijfsel van een voormalige rechtstreeksche voort zetting van den Rijnweg aan deze zijde van het duin slag naar Scheveningen kunnen zien, maar het bewijs, dat die opvatting juist is, zal moeilijk te leveren zijn. De hoeve der Hannemans lag met haar boomgaarden en oprijlaan juist op de verbindingslijn tusschen de twee boven bedoelde punten. Indien zoo’n weg oudtijds be staan mocht hebben, dan moet men wel aannemen, dat elk spoor daarvan reeds vóór de 16de eeuw uitgewischt was. Ik wil mij zelfs verstouten een tweetal van elkaar onafhankelijke redenen voor dit te niet gaan aan te voeren. Ik besef wel, dat ik mij dan op het gevaarlijke

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1947 | | pagina 175