OP DE LANGE VIJVERBERG
211
Nieuwstraat, nu ter tijd gekocht door CornelisWillemsz.
Noordwijel.
Op 25 November 1599 volgt dan nog eens dezelfde
overdracht bij willig decreet door dezelfde partijen,
welke ook Mej. van Diepen vermeldt.
No. 7.
Volgens Mej. van Diepen (verg. Die Haghe 1946,
pag. 33) is dit huis datgene wat blijkens het Hofboek
van 1561 in het bezit zou zijn van Mr. Jacob Meesters
weduwe. Daar dit, zooals wij hierna zullen zien, No. 8
is, is er geen perceel in het hofboek dat wij met No. 7
kunnen identificeeren. Voor de overdracht van 14 Juli
1598, welke Mej. van Diepen geeft, is er niets omtrent
dit huis te vinden, en daar bij de verkoop van een
lijfrente op het O. gelegen huis door Maerten Meijster
op 9 Februari 1562 als W. belending nog wordt opge
geven Huijck de Groot, secretaris, terwijl bij het trans
port van No. 6 op 18 Mei 1580 als O. belending de
erfgenamen van Mr. Jacob Meijster (No. 8) genoemd
worden, ligt het vermoeden voor de hand, dat tusschen
No. 6 en 8 een ledig erf was, waarop No. 7 eerst na
dien tijd gebouwd is.
Op pag. 34 merkt Mej. van Diepen op, dat niet
gevonden is aan wien Dirck Gooi het huis verkoopt.
Dit is zeer verklaarbaar, daar het huis niet door koop,
doch door vererving aan de Tuijnings gekomen is, die
het in 1696 verkoopen.
Dirck Gooi werd te Leiden tusschen 1559 en 1561
geboren, en maakte het beleg dier stad mee. Hij werd
kastelein van den Hove van Holland en griffier der
leenen. Ook was hij in 1620 regent van het St.Nicolaas-
gasthuis in Den Haag. Hij hertrouwde 20 Januari 1606
als weduwnaar van Anna Hemelaer Jansdr. in de Groote