DE GESCHIEDENIS VAN DE HUIZEN 218 en Alida Eduard Teut, van een kapitaal aan Anna Douw. Belen- Duckenburgh (van Schuij- Reijnenburgh (Jhr. Diede- Door deze broeder en zusters Timmers zullen de beide perceelen tot één geheel zijn samengevoegd. Ver meldt het cohier van het straatgeld van 1689/90 nog het perceel van Juffrouw Thimmers als: aan de Hooge Nieuwstraat breed 21 voet, op de Vijverberg 29 en 23 voet, waaruit dus duidelijk blijkt dat het toen aan de Vijverberg nog een dubbel perceel was; dat van 1707/08, wanneer het huis reeds in eigendom is over gegaan aan Monsieur Teut, geeft slechts op, dat de breedte voor en achter te samen 73 voet is. Evenzoo blijkt het uit de cohieren van het aschgeld; dat van 1691 vermeldt: „Juffr. Thimmers. 2 huijsen f 5.10 st.”; dat van 1708/12: ,,’t huys van Monsr. Teut f 5.10st.’ Op 11 October 1704 transporteeren Jean Marchand la Gree, gehuwd met Maria Timmers, en Alida en Margaretha Timmers het perceel aan ordinarishouder, voor f 7000.en een rentebrief f 9000.Het huis is bovendien belast met van f 4000.toekomende dingen zijn: W. de heer van lenburg) en O. de heer van riek Pauw). Waarschijnlijk is het Monsieur Eduard Teut, ordinarishouder exploitant van een restaurant zou men dit tegenwoordig noemen niet voor de wind gegaan en heeft hij zijn verplichtingen tegenover de namen van den auditeur Persijn en we zien dan ook op 20 December 1686 Catharina Pieterson, weduwe van Mr. Anthonij van Persijn, raad-ordinaris en Anna van Persijn, weduwe van Rochus van den Honaert, advocaat, het huis transporteeren aan Pieter, Alida, Margaretha en Maria Timmers, voor een koopprijs van f 3000.en een rentebrief van f 4000.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1947 | | pagina 237