DE HEER LEYDEN EN DE 46 10) Jaarboek Die Haghe, 1938, bl. 37. den voormaligen tuin bij het Plein getrokken. Zoo is er thans een vrij groote gaping tusschen Lange en Korte Houtstraat. Daar hetzelfde mutatis mutandis voor de Poten gold, vormden vóór het tot stand komen van het Plein de beide wegen, die later de Houtstraten zouden heeten, tezamen met de beide wegen, die men naderhand Lange en Korte Poten doopte, een viersprong, die echter niet geheel symmetrisch was, doordat Korte en Lange Houtstraat niet volkomen in eikaars verlengde vielen. Ik beschouw deze beide straten als onafhankelijk van elkaar ontstaan. De Korte Houtstraat, in den graventijd Coman Willemslaan geheeten, houd ik voor een ouden toegangsweg naar de weilanden in het Zuidveen. De Lange Houtstraat kreeg zijn aanzijn als openbaren weg volgens mij in 1370, toen graaf Albrecht de grenzen van het dorp Den Haag bij handvest vaststelde 10 De weg, die het Bosch, dat voorheen tot de huiserven van de oostzijde van het Voorhout reikte, aan den noordkant begeleidde, nam zijn oorsprong aan den Denneweg. Oudtijds komt hij voor onder verschillende benamingen, waarvan Houtweg, Boschweg en Schouw- weg de meest gebruikelijke zijn. Een sloot scheidde hem van het Bosch. Toen in het begin van de 17de eeuw Den Haag omgraven werd, snoerde men daarmee het thans Hooistraat geheeten stuk van dien weg af. In de eerste helft van de 19e eeuw kwam het kanaal naar Scheveningen en daarmee een tweede doorsnijding van dien weg tot stand. Het afgesneden stuk tusschen het kanaal en de Hooistraat heeft den oorspronkelijken naam, Houtweg, behouden. De rest van den weg ten oosten van het kanaal heet thans Benoordenhout- sche Weg.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1947 | | pagina 58