30
RAKETTEN OVER DEN HAAG
overschrijden. Zowel de Duitse bevelhebbers als de met
de actieve en passieve afweer belaste Britse comman
danten realiseerden zich, dat de komende slag ook over
het lot van de V-wapens zou beslissen. Immers, zodra
geallieerde troepen er in zouden slagen de spoorlijn van
Duitsland naar Den Haag op één enkel punt af te
snijden, zou de bedreiging onmiddellijk tot het verleden
behoren. Hoe groot de voorraad raketten in West-
Nederland ook zou zijn, hij zou geen enkele betekenis
hebben zonder vloeibare zuurstof, welke tengevolge van
de verdamping maar uiterst korte tijd bij de startplaatsen
kon worden bewaard.
In afwachting van de gevreesde geallieerde doorbraak
poging naar de Noordduitse laagvlakte konden de „Son
derkommandos” hun V2's nog met onverminderde in
tensiviteit afvuren, ondanks een steeds toenemende
schade aan het spoorwegnet. De R.A.F. bleef tot het
laatste ogenblik actief en in deze periode met fraai lente
weer huilden in Den Haag onophoudelijk de sirenes,
negen, elf en twaalf maal per dag. Onafgebroken duurde
het V2-vuur voort vanuit startplaatsen in het Staten
kwartier en een nieuwe lanceerplek aan de Zuidweste
lijke rand van het Haagse Bos. Dagelijks werden ge
middeld tien V2’s afgevuurd, op de 22ste zelf veertien.
Dank zij het mooie weer was de grond op de startter-
reinen stevig en er waren dientengevolge weinig onge
lukken. Van de 217 raketten, die in Maart konden wor
den afgevuurd, mislukten er niet meer dan 19 of 8,8
De merkwaardigste explosie had nochtans plaats
tijdens deze laatste faze. Om 8.47 uur in de ochtend van
23 Maart maakte een in het Statenkwartier gestarte
raket zulke zonderlinge bochten en salto’s, dat ieder, die
het wonderlijke schouwspel kon volgen, bevestigde, dat
dit een waarlijk unieke vertoning was. Al in de lucht