RUZIE IN DE VEENPOLDER 39 scheiden: bij vorst een onbegrensde ijsbaan. Dat de romanschrijver juist gezien en goed getekend heeft leert een dossier als dat over de Veenpolder. Er zal een be hoorlijke dosis inzicht en vertrouwen voor nodig zijn geweest om te besluiten dat het wel anders kon en dat het de moeite waard was in zulk een verandering geld te steken. En het propageren van dit inzicht en dit vertrouwen, het aanvaarden ervan door althans de grote meerderheid der belanghebbenden, was vereist. Er is immers geen sprake van, dat een maatregel als deze van bovenaf zou zijn opgelegd. De tussenkomst van het hoogheemraad schap was van het begin tot het eind nagenoeg uit sluitend een rechterlijke; het eigen orgaan van de Veen polder, de molenmeesters, nam een lijdelijke houding aan; een comité van belanghebbenden was het dat de aan vraag deed, de procedures voerde, de opposanten tracht te te overreden en tenslotte de uitvoering leidde. Dit alles te midden van veel critiek en verzet. Men had nu ook niet bepaald met een volgzame groep ingelanden te maken. Haagse notabelen, vogels van zeer diverse plui mage, maar allen mensen die wat waren of wat wezen wilden: die niet gewend of althans niet geneigd waren zich te laten gezeggen deze indruk krijgt men van de ingelanden, zowel van de Haagse als van de Voorburgse zijde. Het pleit voor de tact en de volharding der onder nemers dat de zaak toch tot een goed eind kwam. Onder deze opposanten vinden we nu ook de eige naren van de hofsteden West- en Oost-Duyvestein op het oosteind van Voorburg, de heren Uytenhage de Mist7). Ze hadden zich in het eerste proces wat afzijdig gehouden; maar in het tweede, over de kostenverdeling, 7) S. van Leeuwen, Costumen van Rijnland (1667), blz. 18 en blz. 28 recto en verso.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1948 | | pagina 53