ALBERTUS GRONEMAN
85
4) Zie „Tijdschrift van de Vereniging
geschiedenis", deel VIII, bl. 152.
5) Bepaald vermakelijk zou bijv, de levensschets van Hurlebusch
zijn, als ze niet zo venijnig was.
G) Uit archiefonderzoek is gebleken dat deze voorstelling van
zaken in strijd met de feiten is. Groneman werd benoemd na ver
gelijkend proefspel: Lustig behoorde echter tot zijn mededingers
voor Nederlandse Muziek-
logische volgorde de biografische gegevens gereleveerd,
zoals die in de loop der jaren bijeengebracht zijn.
De oudste biograaf van Groneman is de Groningse
organist Jacob Willem Lustig. In zijn biografische noti
ties 4), die niet bepaald wonderen van objectiviteit zijn
heet het:
Albert Groeneman. Organist und componist von der
grossen Kirche im Haag; kriegte diese Aemter, well er
eine schone Violine spielte 6). Es sind 12 Solos von ihm
bey Witvogel gedruckt. Er sitzet schon seit verschiedene
Jahren im Tollhause.”
Waardevol, maar helaas zonder bronvermelding is het
artikel in het „Historisch-Biographisches Lexicon der
Tonkünstler” van Ernst Ludwig Gerber (Leipzig 1790,
kolom 549):
Groneman (Albert) zuletzt um das Jahr 1756 Organist
und Komponist an der groszen Kirche zu Haag, geb. zu
Cölln am Rhein, hielt sich um das Jahr 1739 als ein gros-
zer Violinist zu Leyden auf und wetteiferte auf seinem
Instrument mit dem Locatelli, der sich damals in Amster
dam befand, um den Preisz. Auch liesz er um selbige
Zeit XII Violinsolos in Kupfer stechen welchen nach
der Zeit noch VI Trios für 2 Violinen oder Floten folg-
ten. LIm das Jahr 1762 befand er sich schon einige Jahre,
wegen Krankheit am Verstande, in einem öffentlichen
Krankenhause in Sicherheit.”
Kennelijk op Gerber geïnspireerd is het artikel dat