I
VIER HAAGSE SPOTPRENTEN
39
Was voor de algemene ontwikkeling van Den Haag
en ook voor die van het kunstleven de regering van
Koning Willem I wel zeer belangrijk, vooral dit laatste
werd toch nog gestimuleerd door het optreden van de
Kroonprins, die, nadat hij zijn paleis in Brussel had moe
ten verlaten, zijn intrek had genomen in het 18de eeuwse
huis van de Wassenaars in de hoek van de Kneuterdijk.
Reeds spoedig werden plannen ontworpen tot verbete
ring en vergroting van deze woning. Behalve een grote
danszaal in het oude huis-zelf kwam toen de zogenaamde
Gothische Zaal tot stand, het enige gedeelte van de neo-
gothische bouwwerken, waarmede hij de tuinen van het
Noordeinde deed afsluiten, dat is blijven bestaan. De
eerste steen werd door prins Willem, de oudste zoon
van de latere Koning Willem III, op 4 September 1840.
zijn verjaardag, gelegd.
Intussen was de collectie-zelf reeds lang overgebracht
en had waarschijnlijk in het grote huis plaatsing gevon
den. Zij werd ook nog uitgebreid. In het Koninklijk
Huisarchief is een quitantie voor 3000 gulden voor de
aankoop van een „tableau antique” op 3 Maart 1840 ge
tekend door de „Colonel Aide de Camp de S. A.R. le
Prince Frédéric des Pays Bas: De Ceva”.
Een jaar later zou dezelfde militair, intussen gepen-
dan de bovengegeven qualificatie zou doen denken. Ik
meende dus reeds daarom verplicht te zijn de zaak nog
eens te bezien, en het onderzoek bracht mijns inziens wel
belangrijke nadere gegevens over allerlei, dat met het
Haagse kunstleven omstreeks 1840 verband houdt en zijn
resultaten zullen dus wellicht de lezers van ons Jaarboek
belang inboezemen.