58
VIER HAAGSE SPOTPRENTEN
De prent geeft ons een op een gevleugeld paard op
stijgende man, nageroepen door een groep blijkbaar be
staande uit schuldeisers. Voor verzending gereed staan
kisten met boeken, kunstwerken, enzovoort. Het onder
schrift luidt: „Monsieur Vautrin sur le cheval de bronze".
Fred. Muller beschrijft de prent als volgt: „Spotprent
op den directeur der Fransche Opera te ’s-Hage” enz.
Hij had dus vermoeden, misschien zelfs enige zeker
heid, dat de prent een Haags geval illustreerde. Het is
daarom, dat wij haar in dit artikeltje ook menen te moe
ten behandelen.
De eerste moeilijkheid, die zich voordoet is deze, dat
bij ons Franse Theater niet een directeur is geweest, die
Vautrin heette, en dat in de muziekhistorische biografi
sche werken ook niet iemand van die naam voorkomt. In
Den Haag komen in het tijdperk, waarbinnen de prent
verschenen moet zijn, dat is tussen 1835 en 1840, als
directeuren slechts voor, de hiervoor reeds genoemde Du-
vernoy die tot 1840 optrad en daarna Miro, die in 1840
optrad, ook in 1841 nog directeur was, maar evenmin als
in zijn eerste dienstjaar veel voldoening gaf. Keuskamp
in zijn artikel over het Franse toneel (Jaarb. Die Haghe
1904) zegt „dat hij met de noorderzon is vertrokken”.
Bevestiging van deze mededeling is noch in het Schouw
burgarchief en de Gemeentelijke administratie, maar wel
in de Haagsche Nieuwsbode te vinden.
Geen Vautrin, maar wel een directeur, die na allerlei
moeilijkheden verdween (met of zonder gerucht). En
toch een Haags geval. Immers het gevleugelde paard
wordt „Le Cheval de bronze” genoemd en nu vinden wij,
dat de première van een dus getitelde opera van Auber
op 19 October 1835 ging, dat dit stuk ingang vond, nog
meermalen werd opgevoerd, ook nog op 4 Maart en
enige data daarna in 1841.