DE „ARCUS TRIUMPHALIS” 50 de weg, die de stoet op de begrafenisdag, 10 Mei 1647 2) zou volgen, een triumhboog te laten bouwen, is niet be kend. Traditie was dit in ’s-Gravenhage niet, doch men zal er licht uitgaven als Frankaert’s prentwerk Pompa funebris Alberti VII” uit 1622 gekend hebben. Wel weten wij wie de ontwerper van de Haagse poort is geweest, want in een opgave van de kosten die de over heid van Den Haag voor de begrafenis maakte, leest men: „Noch betaelt aen Bartholt van Bassen overt maecken ende schilderen vande arcus triumphalis aende brugge ten eynde *t voorsz. Zuyteynde (d.i. de tegen woordige Wagenstraat) de somme van hondert ponden van XL grooten” 3). Bartholomeus van Bassen was Zuid-Nederlander van geboorte. Hij zag, volgens Walpole 4), het levenslicht te Antwerpen, in of omstreeks 1590. Het karakter van zijn werk maakte deze komaf inderdaad niet onmogelijk, maar zekerheid hieromtrent bezitten wij niet. Op mijn verzoek was de archivaris van Antwerpen, professor dr F. Blockmans, zo vriendelijk, naar de geboortedatum van de kunstenaar te zoeken, doch in de parochieregisters van Antwerpen bleek ’s mans geboorte niet te zijn opge tekend, ook niet onder de mogelijk variant Van Passen. Nu zijn evenwel de doopregisters van de hervormde kerk uit het einde van de 16e eeuw niet meer aanwezig, zodat het niet uitgesloten is, dat Van Bassen toch in de Scheldestad ter wereld kwam. Tegen de veronderstelling dat hij van protestante afkomst zou zijn geweest pleit echter de uitgesproken belangstelling voor katholieke 2) Niet in 1648, zoals E. W. Moes in Thieme-Becker’s Lexikon, III, Leipzig 1929, blz. 11, zegt. 3) A. J. Servaes van Rooyen, a.w., blz. 546. 4) H. Walpole, Anecdotes of painting, London 1888, deel I, blz. 341.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarboeken geschiedkundige vereniging Die Haghe | 1954 | | pagina 68