ONGELUKKIG IN DE LIEFDE
77
lang
ten, want het kan gelijk gij begrijpen kont geen uytstel
lijden, ik denk vast dat het over het goed sal wesen of
ik dat uyt den huys heb gebragt. A. heeft van de morge
al bij de man geweest, ik kan niet begrijpen dat er geen
brief was tot antwoord op mijn drie brieven teweeten
die van en Sondag door j. en die twee door de schoon
maakster gister avond gesonden welke ik hoop dat gij
ontvangen suit hebben, soo dat ik onuytsprekelijk ver-
na antwoord op dese. ik geloof niet dat Moeder
nog tijding van de Schepene gekregen heeft hetgeen mij
onbegrijpelijk voorkomt, versoekt tog vriendelijk aan Mr
de Ville dat hij tog sijn werk maakt van onse saak en
geen tijt laat verloren gaan, gedenkende in wat omstan
digheid ik mij bevinde en niet en weet hoe ik mij in
desen moet gedragen, ik sal dan vast antwoord wagten
van daag of morge voor negenen. Soo gij in geen staad
mogt wesen om te schrijven, soo laat mijnheer de ville
het mij maar schrijven en anders u vader, waar op ik
vast staat sal maken. Hier neffens een orlogiebantje
voor mijn lieve maantje, ik sal bij de eerste gelegentheid
ook een zenden voor u vader, ik ben besig om het al te
maken, ik bevinde mij reedelijk welvarende en soek mij
de saak en al het chagrijn mij aangedaan soo wijnig
aan te trekken als ik kan hoe wel mij die tijding van van
de morge niet plaisierig valt en ik deselve niet sonder
ontsteltenis heb afgewagt, alsoo ik nog niet gedagt had
dat Moeder op dier gelijke een wijse met mij gehandelt
sonde hebben. God hoop ik sal het haar vergeeven en
mij gedult en kragten schenken op dat ik onder de tee-
genspoeden niet beswijken, ik heb daar soo nog eens late
vrage of het nu nog geen tijd was om mijn practisijns te
spreken maar sij liet seggen van Neen soo dat sij alles
met mij doen wat sij willen, sonder mij vreyheid te ge
ven om mij te defendeeren, dog alle dese teegenspoeden