DE VOORMALIGE BUITENPLAATS ENDELDIJK
EN HAAR BEWONERS
door
A. VAN DER MAREL
In een der overdrachtsregisters van Monster vindt men
een acte van het jaar 1664, die blijkbaar betrekking heeft
op de buitenplaats Endeldijk bij Honselersdijk. Een uit
treksel uit deze acte volgt hier:
Op 14-5-1664 compareert voor het schepenge
recht van Monster de „Heer Adriaen Copmoyer,
procureur voor den Hoogen ende Provincialen
Rade van Hollant”. Hij koopt „een welgeleege
wooninge, hoffsteede als huys, bijhuys, bargen
ende geboomte ende verdere plantagie met alle
't geene daerinne aert-ende nagelvast is, staende
d’zelve wooninge op Honsholredijck met negentien
mergen tweehonderd vierenveertich roeden, soo
werff, cooltuyn, boogaert, teelant ende weylant,
alle geleegen in de heerlijcheyt van Honsholre
dijck, Monster ende W.ateringe, sijnde bestaende
als volght: Eerst in een halff mergen erffheur,
daerop de voors. wooninge, hoffstede, huys, bij
huys, bargh ende geboomte staende is, belent
hebbende aen de oostsijde Doe Pieters. Ocken-
burgh, ende naervolgende coontuyn; het suyt-
eynde de Heereweght ende dijcksloot; de west-
sijne de wed® van den Ad4 Huweth cum sociis
ende het noorteynde de vercoopster selffs”.