EN HAAR BEWONERS
103
1
31) Het groote Huis of Kapittel, is onlangs
door mij weder herbouwd, waartoe ik mijns on
danks was genoodzaakt, ter voorkominge van
ongelukken, daar de gedeelten der dikke muuren,
die men, om reden hunnen ongeloofbare sterkte,
zijnde 'er van vier voeten dik, niet geheel had
kunnen sloppen, waar in nog enden van balken
hingen, en door het inwateren, daar die zoo veel
jaaren hadden bloot gestaan, instortingen begon
nen te verwekken, daar ik anders zeer gaarne de
ruïne tot een Monument, daar in het Vaderland
geen voorbeeld van is geweest, ten toon had ge
laten, als ook om de duurte der materialen in den
kogt geworden, nu onlangs mede tot Fruit-tuin
is aangelegt, als mede een van 400 roeden,)
voorts Grachten, Vijvers, Laanen en verdere
Plantagiën, eenig Weiland, eene Boeren Woo-
ning, met Teel- en Weiland, door mij in 1784
aangekogt, en eenige Huizen. Het oogmerk was
geweest, gemelde Bouwmans Wooning te em-
ploijeeren voor het verblijf van oude en behoef
tige Lieden van het Ambagt, en de Landerijen,
die bij dezelve behooren, apart te verhuuren, die
ook reeds dus verhuurd, en ’er, bij mijn vertrek
buiten ’s Lands, 6 Huizen in gereedheid waren,
zijnde nog schuuren b.c. en een groote platte
grond tot aanbouw overig; waarbij een tuin, circa
een morgen groot. De omwenteling van 1787 be
lette mij daar mede voort te vaaren, en na mijn
herkomst deden de groote schade en de ondank
bare behandelingen te mijwaarts, mij van plan
veranderen, en ik herbouwde het weder tot Bouw
mans Wooning.