TIEN JAREN WEDEROPBOUW EN
40
De onderhuizen met voor elke woning een eigen
ruimte voor berging en fietsenstalling, de gemeenschap
pelijke binnentuinen met speelgelegenheid voor de
jongeren, de brede straten en open bouwwijze, de toe
gepaste strokenbouw (loodrecht of schuin op de straat),
de pogingen om het groen van de straat en het groen
van de tuinen in contact te brengen (zo weinig mogelijk
afscheidingen; geen schuurtjes) en de afwisselende toe
passing van portiekbouw, galerijbouw en maisonnettes.
Het leeuwendeel van de nieuwe woningen is tot stand
gekomen in de wijken Moerwijk en Morgenstond, waar
van het mij telkens weer treft hoeveel inwoners van
Den Haag ze nog niet uit eigen aanschouwing kennen.
Moerwijk (35.000 inwoners) en Morgenstond (35.000
inwoners) zijn bijna gereed. De door een groenstrook
daarvan gescheiden wijken Bouwlust-Berestein en Vre
derust (samen 40.000 inwoners) zijn in aanbouw ge
nomen. Tezamen een stad van 110.000 inwoners met
straten, die meer huisnummers tellen dan de Laan van
Meerdervoort en met een wijkcentrum in Morgenstond,
dat gebouwd zal worden volgens de bekroonde inzen
ding van een prijsvraag en waar volgens de verwach
tingen ook de grote binnenstadsmagazijnen hun filialen
zullen openen. Een stad, die in hoofdzaak verdiepings-
woningen (veelal in vier bouwlagen) bevat en slechts
weinig eengezinshuizen. Een stad, die sommigen monu
mentaal vinden en anderen angstaanjagend. Een stad
tenslotte, die, hoezeer nog onaf, en als gevolg van de
bouwbeperkingen nog zonder veel van de voorzieningen,
die nodig zijn om een stad tot een stad te maken, ge
bouwd is volgens geheel andere stedebouwkundige be
ginselen dan die, welke in de jaren tussen de beide
wereldoorlogen toepassing vonden.