WONINGBOUWVERENIGING
57
een vaste jaarlijkse rente en verdeeld in aandelen, waar
voor men aanvankelijk coupures van f 500.of f 1000.
had gedacht. Dit alles met de gedachte voor ogen, dat
men in elk geval klein zou moeten beginnen.
Het ter tafel liggende concept-reglement werd door de
vergaderde heren in grote trekken goedgekeurd en men
ging uiteen met de afspraak, zich te zullen bezinnen
over een circulaire, die de belangstelling van de Haagse
ingezetenen voor de plannen zou moeten opwekken.
Intussen liet de kwestie van de financiering speciaal
de 29-jarige heer van der Heim later Minister van
Financiën! toch niet los. In een brief van een paar
maanden later, aan zijn collega’s gericht, bespreekt hij
in prijzende bewoordingen de resultaten van de Amster
damse „Vereeniging ten behoeve der Arbeidersklasse”
met de raad, deze als voorbeeld te nemen bij de verdere
voorbereiding van de Haagse organisatie. Maar aan het
slot van zijn brief kan hij toch niet nalaten te verzuch
ten: „Hetgeen ik het meest vrees is dat wij nu alle vijf
zijn wat men nu eenmaal jongelui blieft te noemen; daar
bij niet allen, geloof ik, gereed om aandelen van f 500.
of f 1000.te nemen; en wat blijft er dan van ons, zo
de zaak tot stand komt. Vijf a zes bestuursleden zijn vol
doende, maar die dienen toch leden te zijn; wij (want ik
ten minste neem geen aandeel) zijn dus noch lid noch
bestuurder en dat geeft bij het constitueeren der zaak
groote zwarigheid. Hoe dit te vinden weet ik niet; maar
het zal ons moeilijker vallen geld te vragen aan anderen,
zoo wij zelve niet meedoen; en dan altijd die jongelui!
Halen wij nu reeds er een paar Oomes in, dan zijn wij
te veel; ik zie daarvoor geen oplossing”. De brief ein
digt met het voorstel, over veertien dagen over de moei
lijkheid nog eens een conferentie te houden „op later