mogen wijwat de verzorging en de geneeskundige verple
ging aangaan, aan U van eene zeer gunstige zijde doen
kennen. Laat het eerste evenwelwat de ruimte van het
gebouw aangaat, "iets te wenschen overig; het tweede ken
merkt zich door een zeer ongeschikt gebouw en daaruit
voortvloeiende minder gelukkige inrigting. In beide bezwa
ren hopen wij, met Uwe medewerking, over eenigen tijd te
voorzien: zelfs is reeds voor de overbrenging van het stads
ziekenhuis naar een ander locaal, een plan aanhangig, het
welk wij aan Uwe beoordeeling en goedkeuring hebben on
derworpen.
Zijn eens de localen in goeden staat en behoorlijk in-
ceriffU dan achten wij den toestand der gast- en zieken-
huizen zeer voldoende, en beantwoordende aan de zorgen,
die, zoowel van de zijde der best uur derenals van den kant
der geneeskundigen, aan die inrigtingen worden ten koste
gelegd.
In het Burger-gasthuis waren op den Isten Januarij 1851,
3S zieken. In 1851 zijn daarenboven behandeld geworden
378 lijders, waarvan 72 overleden, 273 als hersteld ont
slagen zijn, en 11 het gasthuis ongenezen hebben verlaten:
de overigen waren op 1". Januarij 1852 nog in behandeling.
In het Ziekenhuis werden, bij het aanwezig getal van 63,
opgenomen 197 zieken, waarvan 212 als hersteld ontslagen,
en 9 lijders overleden zijn.
Omtrent het hier bestaande krankzinnigen-gestichtzullen
wij in het "Verslag van dit jaar niet in bijzonderheden tre
den omdat de belangrijke verbouwing van dat gesticht
voor twee jaren aangevangen, nog niet is ten einde gebragt,
en wi j den afloop daarvan en de daarmede in verband staande
veranderingen, hebben willen afwachten, om daarna heeren
Regenten de mededeeling van de geheele inrigting te ver
zoeken en in een volgend jaar ons in de gelegenheid te
stellen, om U niet alleen bekend te maken met den toestand
en de inrigting van het gesticht, maar tevens met de wer
king van de uitbreiding aan dit gesticht gegeven, ter be
oordeeling, in hoeverre het nuttige daarvan beantwoordt aan
O O K'