Ouder dat laatste getal zijn begrepen 1,904 personen behoorende tot de landmagten 21 tot de zeemagt. Het getal der gevangenen is 165, dat der in de gestichten en bewaarplaatsen voor krankzinnigen aanwezige personen, bedraagt 75, en in de koloniën der Maatschappij van Wel dadigheid worden van wege deze Gemeente verpleegd 225 personen, waarvan hiervoren reeds is melding gemaakt, en waaronder 14-3 van het mannelijk en 82 van het vrouwelijk geslacht zijn. Eene bepaalde opgave te doen van de personen, uit de Gemeente vertrokken tot vestiging in Overzeesche gewesten is niet wel mogelijk, omdat daarvan geene afzonderlijke aan- teekening gehouden is, doch is de bedoeling van het voor schrift des Verslags, om hier op te geven, hoe vele personen in dit jaar als landverhuizers de Gemeente hebben verlaten, dan moet daarop geantwoord worden, dat geene personen zicli als zoodanig hebben aangegeven. Omtrent het bevolkingsregister kunnen wij de verklaring afleggendat het bij voortduring met de meest mogelijke zorg wordt bijgehouden. Wel kost het moeite de ingezetenen steeds te houden aan hunne verpligting, om de noodige opgaven voor het register te doen; wel vordert het inspanning om de altijd doorgaande veranderingen in de bevolking op behoorlijke wijze bij te houden, maar het werk beloont de moeite, en eerst over eenigen tijd is over de werking van het geheel te oordeelen. Thans sluiten wij met de vermelding, dat wij over het bij houden van het bedoelde register, geene bijzondere opmer kingen te maken hebben. v TWEEDE HOOFDSTUK. Verkiezingen en kemeente-bestuur. Het getal kiezers van Leden der Tweede Kamer van de Staten-Generaalbedraagt 1515; dat van Leden der Provinciale Staten, 1ste district 727, 2de district 788; W1 V."

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1851 | | pagina 5