l 5 1L i I ?- =1» NAME N A A H I) GETAL TOESTAND. DEB DEB AllBEIDEBS. FABRIEKANTEN. FABRIEKEN. 6 pers. Fabriek van uurwerken. 18 Ja. chemicaliën. P. Mansveldt en Zoon. 20 gunstig. W. J. van Heijnsbergen. 30 /vooruitgaande. mtziederij. L. J. Enthoven en C». Ja. J. R. F. Nievcrgcld. onbepaald. ongeveer 400 personen. 20 o 1 wa- orna- Wed. A. Sterkman en Zn. J. L. Lectors. Wed. M. Ijzerman en Zn. J. G. Le Rutle. L. Franses en Zoon, K. F. C. Keil. Erven H. J. Scharf. Gebr. van Wijk. J. J. Maritz. J. Mouton en Zonen. W. Huijgens Wz. W. II. Gebel. W. Pauwels en Zoon. J. A. Rietstap en Zoon. J. Heppener. J. van der Voet en C°. W. J. G. Kok. 3 50 97 13 13 onbepaald. 14 personen. 13 5 6 25 3 4 a 5 3 3 3 5 5 3 1 2 hoeden en was doek, zilveren en kope ren militaire ornamenten, knoopen en wapens. Fabriek van knoopen, pens en militaire i menten. fabriek van goud- en zilver draad, gouden en zilveren galonnen,epauletten, enz. idem en hoedenmakerij. Leerlooijerijen. Schulpzandmolen. 'Vind-houlzaagmolen. Idem en Fineerzaagmolen. Wind-korenmolens. ■brick van galvanoplasti- schc voorwerpen. Schroevers. A. van Gogh. C. B. Wijs. G. N. Martens. G. van der Steen. Visser. C. P. Hazersloot. M. van den Ende. J. II. Kretzmuller. P. F. van der Scheer. Van Wezel. F. Bnrgersdijk. A. Kaiser. Koper- en geelgieters. Melaalgicterij. ^kwijnende. werkt met vier pan- I nen en zet veel af. Ja 5. koperpletterij en trekkerij kwij- trekkerij bende. bloeijend. vooruitgaande, goed. bloeijend. voldoende. gebrek aan arbeid, redelijk. tamelijke vooruitg. de geschutgieterij kwij nende ten gevolge van weinig behoeftebe drijvigheid in andere metaalwerken. gaat langzaam voor uit. Ijzergieterijkoper- en lood- pletterijijzerdraadtrek- kerijkopergieterijenz. zergieterij en grofsmederij, kagchelfabrieken en grof smederijen. als vroeger. gunstig, ials vroeger, tamelijk. id. id. achteruilgaande. id. gunstig, als vroeger. id. achteruitgaande, kan zich niet uit breiden uit gemis aau goede arbei ders. gunstig, vooruitgaande. bloeijende.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1853 | | pagina 108