J. A. de Sonnavii.ee, 9 Plaatselijke Verordeningen. Y. 3". de Ge- van de Door den Gemeenteraad zijn in den loop van 1853 en op de daarbij te vermelden tijden vastgesteld de navolgende verordeningen Wethouders, naar volgorde van leeftijd. Op den 18den Januarij 1853 de verordening, regelende de inrigting van meentewerf, en de benoeming en het ontslag ambtenaren en bedienden daaraan verbonden. Jhr. Mr. G. L. H. Hooft Burgemeester. Jhr. Mr. L. de Witte van Cittebs Mr. II. Baron Collot d’Escury (in de Raadsvergadering van den 6den September 1853 tot Wet houder gekozen in plaats van wijlen Jhr. Mr- J. C. de Jonge.) Jhr. Mr. F. G. A. Gevers Deynoot Secretaris der Gemeentede Heer J. F. Burnier. Gemeente-Ontvangerde Heer Mr. J. L. T. C. VAN Oi.denbarneveld genaamd Witte Tuli.ingh. De overige Gemeente-ambtenaren en bedienden zijn ver meld in staat A. Op den Mtden Maart 1853 de verordening op het uitroeijen van rupsennesten. Op den Zlslen Maart 1853 de toepassing van de verordening van den 7den Augustus 1850 op het losloopen der hondenen zulks voor den tijd van 14 dagen. Op den 'oden April 1853 4". de verordening op het hardrijden te Scheveningen 5". de verordening op het losloopen van honden bij nacht. c. 2’.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1853 | | pagina 10