k L I I ir Il 48 levens- den armoede heeft |L' I van voor- het armwezenhebben na al het gezegde veel zoo gewone als buiten- missie tot het opnemen der rekeningen van de gesubsidieerde armen-administratiënuitgebragt in de vergadering van den Eaad, van den 27sten December 1854. Maar nog verder behoort ons overzigt zich uit te strek ken, wil het een eenigzins duidelijk denkbeeld geven van de armoede in het algemeen, en dan staan wij geheel zon der wegwijzer, alleen afgaande op hetgeen wij zelve zagen, hoorden of bevondenen dit toetsende aan de statistieke opgaven en de mededeelingenwelke ons van verschillende kanten zijn geworden. De uitslag van zoodanig onderzoek, wij zeggen het met blijdschap, is niet zóó ongunstig, als men oppervlakkig denken zoude. Algemeen, ja, heeft de duurte van middelen, de gestrengheid en de vroegtijdigheid van winter zich pijnlijk doen gevoelende zelfs bij sommigen diepe sporen van haar aanzijn nage laten, maar wij herhalen hier, wat wij in den aanvang van ons Verslag reeds aanstipten: tegenover duurte stond vertier, en de weldadigheid hield bijna gelijken tred met gebrek en kommer, en hierdoor werd dan ook niet zóóveel geleden als te wachten washierdoor werd de armoede ontdaan van hare scherpste kanten, en onze Gemeente gespaard voor achter uitgang en mindere welvaartdie treurige en natuurlijke gevolgen van buitengewone moeijelijke omstandigheden. De vergelijking, welke van ons gevraagd wordt tusschen den toestand van het armwezen nu en in het vorig jaar, voor zoover wij haar niet reeds in het voorbijgaan mede deelden, zoude ons moeijelijk vallen, omdat er zooveel on gelijksoortigs tusschen deze jaren bestaat. Mogen wij echter met den algemeenen indruk volstaandan achten wij den toestand van het armwezen in 1853 niet bedenkelijker dan in 1852, en meenen wij zelfs in werkzaamheid en welvaart eenigen vooruitgang te kunnen bespeuren. Bijzondere opmerkingen omtrent hoofdoorzaken of achteruitgang in den staat van wij niet te maken; evenmin als wij hebben te spreken over de middelen

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1853 | | pagina 49