32 bijstand de van over ons uitgebragt den 27 December 11. over ons bezoek in de ge stichten van weldadigheid in de Gemeente. Wij nemen daaruit uit dien hoofde over dat wij in beide afdeelingen van het Burgergasthuis op nieuw hebben mogen opmerken de orde en doelmatigheid der middelen en maatregelen, welke aldaar worden aangewend in de verpleging der lijders, in weerwil der bekrompenheid van de localen, die eene uit breiding meer en meer wenschelijk maken, en dat wij niet mogen afzijn den regenten van het gesticht onzen dank te betuigende geneeskundige dienst te prijzen en den gast huismeester en meesteresse den lof te geven die allezins regtmatig zal genoemd worden door ieder die deze belang rijke inrigting heeft bezocht. n Na deze beschouwing over de Administratie, volgt die over de localen en dan moeten wijverwijzende naar hetgeen reeds bij vorige gelegenheden door ons in het midden is gebragt over de groote behoefte, die er in het gasthuis be staat aan uitbreiding van localiteitu mededeelen dat wij daarbij niet hebben berust. In het midden des vorigen jaars hebben wij reeds aan de Commissie van bijstand voor de plaatselijke werken en eigen dommen al de verschillende plannen van aanbouw gezonden met verzoekom aan ons een plan voor te dragenwaaruit de bezwaren weggenomen waren die tegen het eene meer tegen het andere minder bestonden en de uitvoering belem merden. De Commissie van bijstand heeft zich beijverd, aan ons verlangen te voldoen en een plan ons voorgelegd, waarbij zij zich zoowel vergrooting en uitbreiding van het gasthuis zelve had voorgesteld, als aanbouw van een lokaal voor besmettelijke zieken. Dat plan, door ons aan Regenten van het Burger-Gasthuis om berigt en raad toegezonden, heeft aanleiding gegeven tot onderscheidene aanmerkingen van heeren Regenten en van de geneeskundigen van het huis, vooral ook uit het oogpunt, dat het onraadzaam te achten zoude zijn, een lokaal voor besmettelijke ziekten te verbinden aan de bestaande inrigting. Op dit oogenblik heeft de Commissie

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1854 | | pagina 32