77 28,888.40 nadeelig verschil De visscherij is, evenmin als de jagt, van veel beteekenis voor onze Gemeente; wat zij zelve bezit is verpacht en wel aan den heer H. H. van Gogh, voor den tijd van drie jaren voor de somma van f 50. Men heeft daarbij alsnu ook geheel verpacht, de visscherij in de vaart van de tweede wo ning bij de Loosduinsche vaart tot aan de Wateringsche vaartwaarvan tot heden toe slechts een gedeelte was ver pacht geworden, niet zoo zeer om de belangrijkheid van de inkomsten dezer visscherijwelke voor de somma van3 ’sjaars is gegund, maar meer om het regt der Gemeente te vestigen tegenover de lasten, welke zij als eigenaresse van die vaart in dit jaar had op zich genomen. Het toezigt op de visscherij is aan dezelfde personen toe vertrouwd als dat op de jagt. onbezoldigde jagtopzieners, die op verzoek van bijzondere personen zijn aangesteld, het toezigt op de jagt uit; het ge tal der laatsten was in 1854 twee. Het toezigt echter laat veel te wenschen over, en het zal altijd aan groote moeijelijkheid onderhevig blijven, om in de Scheveningsche duinen alle wildstrooperijen tegen te gaan. Tot de verschillende soorten van visscherij worden gebe zigd 113 vaartuigen, bemand met 904 koppen. Er werden in den loop van het jaar 1854 in het geheel aangebragt 12,204,900 stuks haringen, hetwelk slechts 2/3 is van hetgeen het jaar 1853 aan haring voor Scheveningen had opgeleverd. De som, welke bij verkoop daarvan gekomen is, verminderde niet in dezelfde evenredigheid; zij bedraagtf 190,027.00 terwijl die in 1853 bedroeg- 218,915.40 DE BINNENWATEREN. c. VISSCHERIJ IN <1. VISSCHERIJ BUITENGAATS.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1854 | | pagina 75