106
G. L. H. HOOFT,
Burgemeester.
J. F. BURNIER,
Secretaris.
en behoefte de armoede niet meer is toegenomenen dat
de bronnen van volksbestaan voor onze Gemeente, in 1855
eerder zijn vermeerderd dan verminderd.
Deze beschouwing van den toestand der Gemeente, beves-
tige dan ook ons vertrouwen op de toekomst en leere ons
onvermoeidonder Gods zegenwerkzaam te blijven voor
’s Gravenhage’s dierbaarste belangen.
Aldus uitgebragt in de vergadering van den Gemeenteraad
van den 15den April 1856.