90 zoo verre de zeeweringen zich uitstrekken, wordt van wege het Hoogheemraadschap van Delfland in dit kwaad voor zien door helmbeplantingen van daar tot aan de beteelde gronden ontstaat slechts weinig verstuivingdeze wordt van wege de Gemeente aangevuld en door helmbeplanting de voortgang daarvan gestuit. Het opgestoven zand wordt ge regeld van verschillende plaatsen weggeruimd. De weinige woeste gronden in de Gemeente wordeneven als de dijken, tot afscheiding der landen in de duinen, al leen gebezigd voor de aankweeking van helm, ter voorzie ning in de jaarlijksche behoefte daaraan. Het beweiden der woeste gedeelten is nadeelig, en wordt verboden en zoo veel mogelijk geweerd, omdat het zandverstuiving veroorzaakt. Ontginning van afgeweerde of dalgronden kent men al hier niet. Het aantal hengsten, ruinen, merriën en veulens, stieren, trek- en siagtossen, koeijen en kalveren, ezels, muilezels, schapen, houders van schaapskudden, varkens, bokken en geitenwordt alles gevonden in den hierachter gevoegden staat lett. E. Over het pluimvee was het ons niet mogelijk eenige op gave te doenen bijenteelt wordt alhier niet gedreven. Staat lett. F geeft op de midden prijzen van veld- en tuinvruchten, ooft, vee, boter en kaas, hout en schors, alsmede de ter markt gebragte hoeveelheden in 1855. Wij zullen bij die opgaven niets voegenomdat de ver gelijking van deze met die van vorige jaren genoegzaam zal doen zien, dat al de prijzen verbazend hoog zijn geweest, terwijl het van algemeene bekendheid iswelke oorzaken voor deze hooge prijzen zijn aan te geven, zoodat wij daar omtrent niet in bijzonderheden behoeven te treden.

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1855 | | pagina 91