96 proefd laatom datgene wat zij beoogtbevordering van handwerk- en fabrieknijverheidin de hand te werken. Wij kunnen U verder wijzen op de alhier gevestigde Af- deeling van de Maatschappij tot Bevordering van Nijverheid in ons vaderland. Zij telt 56 leden, en is steeds ijverig werkzaam voor haar doel, hetwelk fabriekwezen en land bouw omvat. In het vorig Verslag hebben wij reeds met een enkel woord melding gemaakt van hetgeen hier ter stede is gedaan om de nijverheid uit onze Gemeente op de Parijssche Ten toonstelling in 1855 gunstig te doen uitkomen. Wij zijn nu in staat, daarvan den uitslag mede te deelen en beginnen daartoe met de herinnering, dat de Commissie, die daarvoor te 's Gravenhage was zamengesteldaan de ingezetenen het genot heeft verschaft, om, vóór dat de voorwerpen naar Parijs werden opgezonden, die alhier in het gebouw der Teeken- en Muzijk-Academie te bezigtigen en inderdaad, het geheel, met smaak geplaatst en geschikt, leverde eene zoo belangrijke tentoonstelling op, dat zij aan iedereen het bewijs gaf van 's Gravenhage s vooruitgang in fabriekwezen en nijverheid. Een naar evenredigheid groot aantal industriëlen had zich dan ook aanzienlijke opofferingen getroost, om voor den grootschen wedstrijd geschikte en dien waardige voorwerpen in te zenden. De verwachtingen, door de voor-tentoonstelling opgewekt, zijn door door den uitslag niet teleurgesteldaan velen der inzenders vielen onderscheidingen te beurten wij ach ten ons gelukkig, ook onze hulde hun openlijk te kunnen brengendoor de eervolle vermelding hunner namen in ons Verslag. Zij zijn voor Medailles van de 'i.de klasse (bronzen), de heeren: J. G. Hüger, een zadel voor dienst te velde; M. L. Hermans en Comp. rijtuigen; J. Mouton en Zonen, chemische en pharmaceutische preparaten P. de Meijer, zilverwerk;

Gedigitaliseerde gedrukte materialen Haags Gemeentearchief

Jaarverslagen gemeente Den Haag | 1855 | | pagina 97